17 december 1965 dat hij daaromtrent nog geen mededelingen van het ministerie heeft ont- vangen. Spreker hoopt dat de maatregel die minister Bogaers inzake het bevorderen van de doorstroming per 1 januari wil invoeren, en waarbij dan de B-woning een belangrijke rol zal moeten spelen, het gemeentebestuur financieel meer mogelijkheden zal bieden dan nu reeds het geval is. Nu geldt al de regel dat bij verhuizing van een grote naar een kleine woning een met onbelangrijke tegemoetkoming in de verhuiskosten kan worden gegeven. Een bijdrage van 100,uit het doorstromingsfonds per wo- ning, misschien ook nog aangevuld met bijdragen uit de gemeentekas moet het gemeentebestuur toch wel gelegenheid geven de helpende hand te bieden aan hen die in een groot huis wonen en toch eigenlijk wel naar een kleinere woning willen verhuizen maar huiverig zijn voor de kosten die daaraan verbonden zijn. Daardoor zouden grotere woningen of goed- kopere woningen, hetgeen vaak synoniem is, beschikbaar komen voor in die wonmgen passende gezinnen of voor minder draagkrachtige gezinnen. Spreker meent dat daar echt wel iets in zit en hij hoopt dat het gemeente- bestuur te dien opzichte aktief zal zijn. De heer Van der Linden meent dat de cijfers van de gehouden enquete naar de wonmgbehoefte, waarvan hij de uitslag nog niet heeft gezien toch wel een richtmgwijzer kunnen zijn met betrekking tot de doorstroming en de toekomstige bouw van woningen. Spreker heeft al meermalen ge- zegd dat een variabele bouw, waarbij hij vooral denkt aan de bouw van kleme womngen voor bejaarden, een belangrijke factor kan zijn in het opheffen van de woningnood. Hierdoor kan men gehele huizen voor jonge gezinnen disponibel stellen. Die gezinnen zijn dan meteen op hun plaats en beschikken dan over expansiemogelijkheden. Juist jonge gezinnen met bijv. twee kindereii knappen een hun toegewezen huis van hun armoedig'e spaar- centjes tot en met op, omdat zij het gevoel hebben dat zij daar voor hun leven zitten. Variabele bouw zal het mogelijk maken dat iedereen kan wonen daar waar hij krachtens zijn omstandigheden behoort te wonen. Spreker vindt het altijd nog verschrikkelijk jammer dat de 19 geprojec- teerde woningen voor aflopende gezinnen in plan Glip II niet zijn ge- bouwd kunnen worden. Het is in het verleden een fout geweest dat niet voldoende variabel is gebouwd. De voorzitter meent dat men hier nooit over uitgepraat komt Er ziin vandaag verschillende facetten van het toewijzingsbeleid belicht en zo zijn er nog tientallen facetten. Het is een complex van moeilijkheden. Re- kenmg moet worden gehouden met alle bijzondere levensomstandigheden, persoonhjke moeilijkheden enz. van de betrokkenen. De heer Rutgers heeft ervoor gepleit om bewoners van grote huizen te animeren inwoning te geven door de toezegging te doen dat als de inwoning misloopt aan het mwonende gezin andere woonruimte zal worden gegeven. Dat lijkt spreker een onmogelijkheid. Er zijn zoveel oorzaken waardoor inwoning mislukt: denk b.v. aan gezinsuitbreiding of dat de mensen elkaar niet liggen Het komt voor dat men kennissen inwoning geeft en dat er dan toch na korte tijd vijandschap ontstaat en dan komt men bij de g*emeente voor een op- lossing omdat het een ondragelijke toestand is. Het bevorderen van de doorstroming is natuurlijk heel mooi, maar het moet niet zo zijn dat men van een grotere woning naar een kleinere woning gaat, want het meeste gebrek bestaat aan kleinere woningen en dus goedkope woningen Men kan toch niet tegen mensen die op de Dreef wonen zeggen dat zij maar gelegenheid tot doorstroming moeten geven omdat in hun huizen meer mensen kunnen wonen. Daar schieten wij niet mee op. Spreker noemt dit voorbeeld alleen om te laten uitkomen hoe moeilijk dit probleem is. Bur- gemeester en wethouders zullen het probleem doorstroming nog onder de loupe nemen. Misschien dat daar iets uit kan komen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1965 | | pagina 52