28 27 januari 1966 dat de mensen het dan te druk zouden hebben om bezwaren in te dienen. Dat zijn toch allemaal heel nare dingen die burgemeester en wethouders toegeschoven worden en spreker vindt het eigenlijk een klein beetje infaam om dergelijke suggesties te lanceren. Dat iemand geen tijd zou hebben om in de week vöör Kerstmis de krant te lezen lijkt hem volkomen dwaas- heid en met de haren erbij gesleept. Overeenkomstig de bepalingen van de wet zijn diegenen in kennis gesteld van de voorgenomen toepassing van artikel 20 die een aan het bedoelde terrein grenzend eigendom hebben. Of dit in de toekomst anders moet, is een andere kwestie. Hierbij is de gewone weg bewandeld. Spreker is van mening dat het antwoord van burgemeester en wethou- ders op de ingediende bezwaren juist is. Het is vaak een kwestie van aan- voelen en van appreciatie. Spreker heeft al gezegd dat de welstandscommissie het ontworpen ge- bouw daar zeer wel kon zien. De welstandscommissie is zeer kritisch inge- steld, ook met betrekking tot de aangrenzende bebouwing. Deze commissie was zelfs bereid ter plaatse een veel groter gebouw toe te laten, maar dat wilde de stedebouwkundige niet. Het argument van een waardevermindering van de omliggende woon- huizen en terreinen ziet spreker als overtrokken. In andere gevallen ligt dit voor betrokkenen veel onvoordeliger. Vanmiddag nog heeft spreker de suggestie horen lanceren dat ten aanzien van de huizen aan de Lanckhorst- laan maar vrije verkoop moet worden toegestaan, omdat ze bijna allemaal te koop komen tengevolge van een enorm rijverkeer, ontstaan na verbre- ding van de Lanckhorstlaan. Zo kan het gebeuren dat de ontwikkeling in de maatschappij sommige zaken in waarde doet toenemen en andere zaken doet achteruit gaan. Daar is weinig aan te doen; zo is nu eenmaal het leven en het leven is voor een deel risico nemen. Met betrekking tot het argument dat de parkeerruimte zou worden be- perkt wijst spreker erop dat op deze grond niet werd geparkeerd, terwijl het ook niet de bedoeling is geweest dat dit deel parkeerterrein zou worden. Op het parkeerterrein kunnen 239 auto's staan en als men de te verkopen grond als parkeerterrein zou willen bestemmen zouden daar hoogstens 30 auto's een plaats kunnen vinden. Het bezwaar dat de vestiging van een benzinestation gevaar zal opleve- ren voor het verkeer acht spreker niet groter dan bij alle benzinepompen het geval is. Bij alle pompen leveren auto's die gaan tanken hetzelfde ge- vaar op. Waarom zou het gevaar bij een benzinepomp op de Sportpark- laan, nota bene een van de breedste wegen in de gemeente en daarom een van de veiligste wegen, zoveel groter zijn dan bij andere pompen? Dat wil er bij spreker niet in. Als artikel 20 niet goed is toegepast dan zullen Gedeputeerde Staten burgemeester en wethouders wel op de vingers tikken, maar spreker gelooft niet dat dit het geval zal zijn, althans niet op formele gronden. Men zal zich tot Gedeputeerde Staten kunnen wenden ten einde het goedkeuren van het besluit van burgemeester en wethouders te verhinderen, maar spreker hoopt en vertrouwt op een rechtvaardige beoordeling. Spreker meent dat het college niet behoeft in te gaan op de suggestie van de heer Verkouw om zijn voorstel terug te nemen. Spreker ziet daar geen reden voor. Spreker zegt nogmaals dat dit niet een voorstel is dat alleen maar plezierige kanten heeft. Wanneer burgemeester en wethouders de onplezierige kanten aanvankelijk niet naar voren hebben gebracht dan is dat gedaan uit de overweging dat de achtergrond hun niet aanging. Zij wilden deze zaak zuiver en alleen zien als het verkopen van een stuk grond tegen een normale prijs. De heer Rutgers heeft gezegd dat hij ook wat teleurgesteld is en dat hij deze achtergrond niet prettig vindt. Nogmaals, het college vindt die ook niet prettig. De heer Rutgers ziet er ook een belang voor de gemeente in.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1966 | | pagina 28