34
27 januari 1966
dan juist hier. De Sportparklaan wordt ook door de autobussen bereden
en als er dan wedstrijden zijn en daarbij ook nog- een servicestation wordt
gesticht, dan wordt dat een buitengewoon gevaarlijke hoek. Dit zijn dan
ook de overwegingen geweest dus los van die achtergronden, die spreker
ook niet iekker liggen die hem hebben doen besluiten zijn stem zeer
beslist niet aan het voorstel te geven.
Mevrouw Gaasterland zegt protest aan te tekenen tegen het woord
,,infaam" dat de wethouder heeft gebruikt met betrekking tot het bezwaar
dat juist de week vöör Kerstmis is genomen als termijn waarin beroep
tegen het voornemen van burgemeester en wethouders om artikel 20 van
de Wederopbouwwet toe te passen, kon worden ingesteld. Spreekster kent
de wethouder genoeg om te weten dat hij het misschien niet zo gemeend
heeft. Spreekster heeft niet gezegd dat dit met opzet is gebeurd. Hier kan
hoogstens sprake zijn geweest van nonchalance, maar dat had wel beter
bekeken mogen worden. Spreekster heeft geen antwoord gehad op haar
vraag wat burgemeester en wethouders denken te doen als door de directie
van het Minerva-theater na het vinden van een mecenas een gelijk verzoek
zou worden gedaan. Niet vergeten mag worden dat dît voorstel van bur-
gemeester en wethouders dat is nog niet gezegd een precedent schept.
Wethoüder Van Wijk zegt dat de heer Prets heeft gevraagd of de Shell
het benzinestation in eigen beheer zal exploiteren of niet. De Shell koopt
de grond, bouwt dit station en financiert dat. Zij zal dergelijke stations
wel op verschiilende wijzen in den lande exploiteren. Het is het college
op dit moment niet bekend hoe dit hier zal gebeuren. De heer Prets acht
het gevaar groot dat, wanneer het benzinestation verpacht wordt, er meer
zal gebeuren dan er gebeuren mag. Dat zal dan volgens spreker in strijd
moeten gaan met de hinderwetvergunning en de verordeningen die op dit
punt gelden. Spreker wil nog wel navragen hoe men zich de exploitatie
voorstelt. Als spreker het goed ziet zal de Shell in elk geval wel in zee
gaan met een behoorlijke pachter.
De heerBrandsma is niet overtuigd door het verweer van het college en
hij vond dat wat zwak. Het kan aan het verweer gelegen hebben, maar het
kan ook aan zijn standpunt liggen dat wat star is. Zo kan men een tijd
lang over en weer blijven praten waar dat aan ligt. De heer Brandsma nu
wijt het aan het college. Spreker heeft de neiging het meer aan het starre
standpunt van de heer Brandsma te wijten.
De heer Brandsma heeft ook gezegd dat er veel beschuldigingen aan het
adres van het college zijn geuit. Deze beschuldigingen hebben spreker
inderdaad op een gegeven ogenblik een vrij scherp woord doen gebruiken.
Wanneer men met deze beweringen heeft bedoeld dat expresselijk de hand
zou zijn gelicht met betrekking tot de toepassing van artikel 20 van de
Wederopbouwwet dan blijft spreker dat woord handhaven; als men dat niet
heeft bedoeld aan was dat woord niet juist. Er is het college toegedicht dat
het een bepaalde tijd voor het instellen van beroep lichtvaardig heeft uit-
gekozen en bepaalde mensen geen kennisgeving heeft doen toekomen.
Spreker is het met de voorzitter helemaal niet eens dat zij die op 4 500
meter afstand wonen, ook nog hadden moeten zijn aangeschreven. Dat lijkt
hem volkomen onjuist. Spreker is het ook niet met de voorzitter eens dat
de ShelI, als de gemeente een veel hogere prijs voor het terrein zou vragen,
daarop in zou gaan. Waarom doet de Shell deze schenking? Omdat zij
meent dat het haar belang is dat R.C.H. op de been zal blijven. Het is niet
zo dat de gemeente dat geld ôök kan krijgen. Burgemeester en wethouders
hebben nooit dat aanbod gehad en het is voor spreker de grote vraag of
de Shell dit bedrag zou betalen wanneer daar een sportpark ligt waar
alleen zo nu en dan wat jongetjes komen voetballen, maar waar voor de
rest geen enkele attraktie meer plaats heeft. De Shell streeft hier na dat