24 november 1966
305
X. KREDIET VOOR AANLEG EN INRICHTING VAN
VIER KINDERSPEELPLAATSEN IN PLAN GLIP II
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
142. Aanleg en inrichting vier kinderspeelplaatsen in plan Glip II.
De voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Mevr. Vriesendorp vindt het wel een mooi plan voor deze nieuwe wijk.
In een tijd waarin op de uitgaven zoveel mogelijk moet worden besnoeid
vindt zij echter een uitgave van f 43.000 voor dit doel zeer hoog. Hier
worden 4 terreintjes ingericht als speelgelegenheden voor jonge kinderen.
Wanneer daar allemaal flats zouden staan zou het bijzonder nuttig zijn om
voor de jonge kinderen speelterreintjes te maken. Maar hier staan allemaal
eensgezinswoningen met eigen tuinen. Jonge kinderen behoort men eigen-
lijk vlak bij huis te houden. In de tuinen van deze huizen zullen ook wel
zandbakken geplaatst kunnen worden. Spreekster vraagt zich dan ook af
of er wel behoefte aan deze dure speelterreinen bestaat. Zij heeft daar veel
rondgelopen waarbij zij tot de conclusie is gekomen, dat het bezwaar van
sommige bewoners tegen het aanleggen van vier speelterreinen en dat
beter één speelterrein kan worden aangelegd, niet helemaal gegrond is. Zij
zou wel willen meegaan met de aanleg van drie speelterreinen en dan het
terrein op de tekening gemerkt met D weg willen laten. Het is n.l. zo, dat
de bevolking die daar woont, de kinderen ook op straat laat spelen. De
raad kan daar wel tegen zijn en zeggen dat jonge kinderen niet op straat
horen te spelen, maar dat gebeurt nu eenmaal. Deze leefgewoonte kan niet
van hogerhand worden veranderd.
Er zijn twee zandbakken gepland die tezamen 3000 zullen kosten.
Zandbakken zijn echter vaak een speelplaats voor poesen en honden. Het
zal de taak van de omwonenden zijn om de zandbakken 's avonds af te
dekken. Spreekster zal graag van de wethouder horen wat de oplossing
hiervoor is. Spreekster heeft echter gezien dat vele omwonenden zelf al een
zandbak in hun tuin hebben geplaatst. Deze f 3000 kunnen volgens spreek-
ster dan ook wel bespaard worden.
Voorts zijn er banken met en zonder leuning gepland. Spreekster dacht
dat deze banken daar voor de moeders worden geplaatst. Zij heeft alle
moeders die zij daar kent gevraagd en dat was een heel werk of zij
t.z.t. op die banken zouden gaan zitten. Algemeen was het antwoord:
„neen, natuurlijk niet, daar hebben wij geen tijd voor, maar bovendien
hebben wij onze eigen tuinen en daar zitten wij veel liever in". Bij nadere
informatie heeft spreekster van de wethouder gehoord, dat deze banken
bedoeld zijn voor de kinderen. Spreekster vraagt zich evenwel af, waarom
dan ook nog loopbalken moeten worden aangebracht want op die banken
kunnen de kinderen ook lopen.
Spreekster vraagt verder waarom dergelijke dure toestellen op deze ter-
reinen moeten worden geplaatst. Kinderen immers zijn even blij met iets
wat ze kunnen creëeren uit het niets. Spreekster denkt hierbij aan een kind
in de box. Het kind is net zo blij met een pan en een pollepel, waar het
lawaai mee kan maken, als met duur speelgoed.
Voorts had spreekster graag gezien dat de speelterreinen niet betegeld
zouden worden. Zij weet wel dat het antwoord zal luiden: „gras wordt
zand en wanneer het regent wordt dat modder, dus het moeten tegels zijn".
Spreekster heeft van alle omwonenden, dus 100%, gehoord, dat men een
grasveld prefereert met daarop wat eenvoudige dingen. Spreekster zou in
plaats van banken en klimbogen, klimbollen, klimhekken, springpaaltjes
e.d. liever gewoon wat houten balken neer willen leggen teneinde de kin-
deren de mogelijkheid te geven op die terreinen zelf creatief te werken. Zij