286 24 november 1966 hij bepaalde inlichtingen zou hebben gehad waaruit bleek, dat in het programma inderdaad op de manier over het Koninklijk Huis werd ge- sproken als de burgemeester veronderstelde. Het is ietwat teleurstellend voor spreker geweest, dat hij nu hoort, dat de burgemeester zijn maatregel heeft genomen op grond van bepaalde vermoedens. Mogelijk dat de burge- meester straks in zijn antwoord hierover concreter kan zijn, maar op dit moment heeft spreker het gevoel dat hij eigenlijk uit zijn hart heeft ge- sproken en in het algemeen. Als spreker goed is ingelicht, wordt in dit programma van Sieto Hoving niet over het Koninklijk Huis gesproken. Uiteraard heeft men van de maatregel van de burgemeester een prachtig feest gemaakt en naar sprekers smaak de zaak nogal heel erg opgeblazen. De heer Verkouw heeft zojuist gesproken over de fundamentele vrijheden van de mens. Spreker meent dat men dan ook moet tonen die vrijheid waard te zijn. Dan moet men niet proberen om zij het niet opzettelijk bepaalde groepen van mensen te kwetsen. Volgens de heer Rutgers heeft de burgemeester alleen te waken tegen voorstellingen die onmiddellijk een ordeverstorende werking kunnen hebben. Spreker dacht echter dat de burgemeester ook het recht had om, wanneer hij vermoedde dat bepaalde bevolkingsgroepen, welke groep dan ook, gekwetst konden worden, dat te voorkomen. Spreker gelooft niet dat hij zonder meer de motie van de heer Verkouw zal steimen. Hij zou graag eerst de verdediging van de burge- meester willen horen, mogelijk dat dit nog een ander licht op de zaak werpt, hetwelk voor een eventuele stembepaling van spreker van invloed kan zijn. De heer Rücker zegt dat er over het thans aan de orde zijnde thema op diverse wijzen is gesproken. terwijl men het ook uit diverse gezichtshoeken heeft benaderd. Als spreker het in deze vergadering gesprokene beoordeelt, prevaleert voornamelijk de formele kant van de zaak. Spreker meent, dat formeel gezien, deze kwestie zoals die thans aan de orde is, wellicht wat gelukkiger benaderd had kunnen worden. Hij gelooft dat men bij een kwestie als de onderhavige tevens in ogenschouw mag nemen ,,dat veel weten veel begrijpen is". Als men nu weet dat de burgemeester een nogal emotioneel geladen mens is en het hierdoor zichzelf vaak niet gemakkelijk maakt, dan is diens reactie als zodanig voor spreker volkomen verklaar- baar. Wij worden de laatste jaren de vorige sprekers hebben dit ook al opgemerkt overstroomd met een soort cabaret -spreker heeft hele- maal niet het oog op het cabaret van de heer Hoving waarin men veelal meent dat het tot de bon ton behoort om een sneer aan het adres van het Koninklijk Huis te geven. Spreker vindt dat dit een kwalijke consequentie heeft voor het gezag van de constitutionele monarchie, maar bovendien vindt hij het grof en van hen die dergelijke sneren debiteren buitengewoon laf, omdat degenen die in het geding zijn, zich totaal niet kunnen verweren. Spreker kan zich dus voorstellen dat de burgemeester op een gegeven moment, toen deze kwestie zich bij hem aandiende, heeft gedacht: „laat ik nu als burgemeester oppassen dat datgene wat mij persoonlijk zo enorm irriteert en naar sprekers gevoelen, maar dat is een persoonlijke mening volkomen terecht hier niet kan plaats vinden" en zo is de burgemeester dus uiteindelijk gekomen tot de maatregel die thans zoveel stof heeft doen opwaaien en zoveel frontpaginanieuws heeft gegeven. Spreker wil echter wel zeggen, dat hij, alhoewel de burgemeester misschien bij het nemen van zijn maatregel formeel genomen ietwat over de streep is gegaan, toch belangrijk meer respect, waardering en begrip voor diens handelwijze heeft, als b.v. voor de cabaretier die kort geleden een gedicht of satire ten beste heeft gegeven, waarbij hij nare en beroerde uitlatingen heeft gedaan aan het adres van het Koninklijk Huis, maar het domme geluk had dat hij nog net met veel gewring en gewroet voor de rode lijn van een strafrechtelijke vervolging kon blijven. Dit heeft met kunst met een grote of kleine K niets te maken, het is alleen een poging om de goedkope lachers op zijn hand te krijgen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1966 | | pagina 8