4e afd.
23 februari 1967
B. Hinderwet
Een vergunning verleend ingevolge de Hinderwet
C. Jachtwet
Bemoeiingen met het aanvragen of uitreiken van een jacht-
akte als bedoeld in
1. artikel 18, lid 1, onder a en b, der Jachtwet
2. artikel 16a der Jachtwet
3. artikel 79 der Jachtwet
D. Visserijwet 1963
Bemoeiingen met het aanvragen of uitreiken van:
1. een kleine of grote visakte, als bedoeld in artikel 10, tweede
lid, sub a respectievelijk b, van de Visserijwet 1963
2. een bijdragebewijs, als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van
de Visserijwet 1963
E. Autovervoer Personen
1. Vergunning voor het vervoeren van personen met een huur-
auto ingevolge de Wet Autovervoer Personen of een daar-
op steunende regeling
2. Beschikking waarbij een onder 1 bedoelde vergunning
wordt overgedragen
3. Beschikking waarbij een onder 1 bedoelde vergunning
wordt verlengd of gewijzigd
4. Een vergunnings- of toestemmingsbewijs door of vanwege
burgemeester en wethouders afgegeven ingevolge artikel
57 der Wet Autovervoer Personen, alsmede een verlenging
van een vergunningsbewijs
F. Wegenverkeerswet
Voorlopige oefenvergunning, bedoeld in artikel 101, eerste lid,
sub d I, van het Wegenverkeersreglement
G. Woningwet, Wet op de Ruimtelijke Ordening en Wederopbouwet
1. Vergunning als bedoeld in artikel 47 der Woningwet:
voor elke 1.000,bouwkosten of gedeelte daarvan
De bouwkosten moeten voor de toepassing van deze bepa-
ling blijken uit een door of vanwege burgemeester en wet-
houders in verband met de overgelegde tekening(en) voor
deugdelijk verklaarde globale raming van kosten, welke
raming moet worden overgelegd bij de aanvraag als be-
doeld in artikel 15 der Bouwverordening. Wordt deze ra-
ming niet overgelegd of niet deugdeiijk bevonden, dan wor-
den de kosten van het bouwen door of vanwege burge-
meester en wethouders geraamd.
Het recht is dan naar de uitkomst van die raming ver-
schuldigd tot uit een in kracht van gewijsde gegane uit-
spraak op een bezwaarschrift krachtens artikel 300, tweede
lid, in verband met artikel 299 der gemeentewet, door de
belanghebbende ingediend, blijkt, dat de raming te hoog
is geweest, in welk geval het recht verschuldigd is naar de
uit die uitspraak blijkende kosten van het werk.