Inrichting van gebouwen
ARTIKEL 73
Toelichting op het ontstaan
Lid 3. De geëiste minimum-oppervlakte van 5 m2 correspondeert met de Voor-
schriften en Wenken voor het ontwerpen van woningen.
Wenken voor de toepassing
Leden 1, 2 en 3. De inhoud van deze leden komt er in het kort op neer,
dat de voor de keuken beschikbare oppervlakte zodanig moet zijn, dat een
aanrecht, een fornuis en een koelkast kunnen worden geplaatst en dat des-
ondanks vôôr het aanrecht een vrije werkruimte ter diepte van 70 cm aan-
wezig is.
Wil men de in artikel 78 in de keuken geëiste kastruimte doen bestaan uit een
op de vloer geplaatste kast, dan zal de oppervlakte van de keuken vaak,
afhankelijk van de vorm, meer dan 5 m2 moeten bedragen.
Lid 4. Een bijkeuken moet aanwezig zijn, indien de hoofdwoonkamer, inge-
volge vrijstelling (artikel 62, lid 2, onder d) mede als keuken is ingericht.
Lid 6. Artikel 62, lid 2, onder a, doelt op een bijzonder woongebouw. In
deze woongebouwen kan, afhankelijk van de centrale voorzieningen in het
gebouw, een keuken bij ieder appartement desgewenst worden weggelaten.
Ook kan worden volstaan met een kooknis.
Artikel 62, lid 2, onder c 1 en c 3 spreekt van woningen met bijzondere bestem-
ming en woningen op bouwterreinen van zeer beperkte afmetingen. Deze
woningen mogen wel kleinere keukens hebben, doch niet kleiner dan 3 m2.
ARTIKEL 74
Wenk voor de toepassing
Lid 5. Deze vrijstelling is bedoeld voor de gevallen dat een steil dakvlak deel
uitmaakt van de begrenzing van een kamer. In zodanig geval ontstaat dus
door de steilte geen ontoegankelijke hoek nabij de vloer.
ARTIKEL 75
Toelichting op het ontstaan
Met de minimum-lengte voor een privaat van 115 cm is tegemoet gekomen
81