het tijdig inwinnen van advies, voor zover dit door burgemeester en
wethouders aan hem is opgedragen.
Paragraaf 4
Rapportering
Artikel 10.
1. De ambtenaar maakt van zijn onderzoek van het bouwplan
rapport op voor het hoofd van bouw- en woningtoezicht.
2. Het hoofd van bouw- en woningtoezicht brengt naar aanleiding
van het in het eerste lid bedoelde rapport zijn advies aan burgemeester
en wethouders zo tijdig uit dat dezen binnen de daarvoor gesteide
termijn een beslissing op de aanvraag kimnen nemen.
3. Indien verlenging van de termijn van beslissing noodzakelijk is,
wordt dit tijdig aan burgemeester en wethouders medegedeeld.
HOOFDSTUK IV
Het toezicht op het bouwen
Paragraaf 1
Controle op bouwwerken
Artikel 11.
1. De ambtenaar onderzoekt of
a. voor in uitvoering zijnde of gereedgekomen bouwwerken bouw-
vergunning is verleend en zo neen, of deze is vereist;
b. het bouwen, waarvoor bouwvergunning is verleend, geschiedt
overeerikomstig de bouwvergunning, de eventuele nadere bouw-
vergunningen, de Bouwverordening en de krachtens deze ver-
ordening gestelde nadere regelen en nadere eisen;
c. het bouwen, waarvoor een aanschrijving van burgemecster en
wethouders, als bedoeld in de artikelen 25-31 van de Woningwet
10
Tekst instructie