4e afd. 30 november 1967 129 VERORDENING OP DE DRANK- EN HORECABELASTING Heemstede, 25 oktober 1967. Aan de Raad, Naar aanleiding van de ter goedkeuring ingezonden Verordening op de Drank- en Horecabelasting, vastgesteld bij uw besluit van 28 september j.l. nr. 108, hebben gedeputeerde staten een tweetal opmerkingen gemaakt. De eerste opmerking betreft artikel 12, tweede en derde lid, betrekking hebbend op een navordering met verhoging. Abusievelijk zijn twee be- palingen opgenomen voor het achterwege laten van de verhoging op grond van dwaling, verschoonbaar verzuim of niet aan de belastingplich- tige te wijten oorzaken. Het derde lid dient naar ons oordeel te vervallen. Verder merken gedeputeerde staten op dat het gestelde in punt II van uw besluit, betreffende de intrekking van de nog van kraeht zijnde Ver- ordening op de heffing en de invordering van het vergunningsrecht en het verlofsrecht, achterwege behoort te blijven, aangezien deze verordening t.z.t. van rechtswege vervalt met de intrekking van de oude Drankwet. Hoewel wij menen dat het overbodige in dit geval niet schaadt, hebben wij er geen bezwaar tegen dat conform het verlangen van meergenoemd col- lege het onderhavige punt eveneens wordt geschrapt. De Raad der gemeente Heemstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 oktober j.l.; BESLUIT: I. vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE DRANK- EN HORECABELASTING Artikel 12, derde lid, vervalt. II. het gestelde onder punt II van zijn besluit d.d. 28 september 1967, nr. 108, in te trekken. Burgemeester en Wethouders van Heemstede, A. G. A. van Rappard. De secretaris, J. M. Kruitwagen. Enig artikel. Heemstede, 30 november 1967. De Raad voornoemd,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 27