20
25 januari 1968
nuttig doel betreft, de derde stap, welke de afronding van het geheel
betekent en eigenlijk logisch moet volgen, niet heeft kunnen zetten. Als
de gemeente door een subsidie te verlenen een aparte positie zou gaan
innemen, zou spreker zich dat nog kunnen voorstellen, maar dat is niet
het geval. Zo heeft de gemeente Bloemendaal een kleedgebouw gebouwd
met een kantine en de gemeente Haarlem heeft kortgeleden gelden ge-
schonken aan de voetbalclub Haarlem voor de bouw van een kantine.
In Beverwijk is een praktisch analoog geval als van Alliance aan de orde.
In Beverwijk is een aantal jaren geleden een sportcomplex aangelegd
voor hockey voor een bedrag van f 337.000,Het zou voor de hand heb-
ben gelegen indien het kleedgebouw door de gemeente zou zijn gebouwd.
Een kleedgebouw immers maakt deel uit van de noodzakelijke accom-
modatie van een sportcomplex. In dit geval heeft het bestuur van de r.-k.
hockeyclub Scheybeeck echter verzocht het kleedgebouw in eigen beheer
te mogen stichten. Zij wil n.l. een gebouw realiseren in twee lagen, be-
neden de kleedruimten en boven een verenigingsruimte. Voorts heeft de
hockeyclub Scheybeeck om financiële steun gevraagd voor het realiseren
van het gebouw. De kosten van stichting en inrichting van het gebouw
worden door het bestuur geraamd op f 179.100,in totaal, hetwelk
als volgt kan worden verdeeld. Onderbouw (kleedgelegenheid) f 115.566,
verdieping (kantine en verenigingsruimtef 63.534,De opzet is on-
geveer gelijk aan wat Alliance wil bouwen. Burgemeester en wethouders
van Beverwijk achten voor het gedeelte dat als kleedgebouw dienst zal
doen een subsidie van 100% der kosten gerechtvaardigd. Immers, indien
de gemeente zelf een kleedgebouw op dit complex zou hebben gesticht,
zouden de kosten eveneens voor 100% ten laste van de gemeente zijn ge-
weest. Voor het gedeelte dat als clubgebouw dienst zal doen, achten zij
een subsidie van 25% der geraamde kosten billijk, zulks naar analogie
van de subsidieregelingen verenigingsgebouwen. Voor een hockeyclub die
vaak naast het sportelement een hecht verenigingsleven kent, is een club-
gebouw onmisbaar (woorden van burgemeester en wethouders van Bever-
wijk).
Hierop inhakende zou spreker willen stellen, dat het bouwplan van Al-
liance ook in de twee gedeelten is te zien. De bouwkosten van de onder-
bouw (de kleedgelegenheden) worden begroot op f 80.000,en voor de
bovenbouw op f 50.000,—. Het is duidelijk dat de onderbouw duurder is
want daarbij heeft men te maken met funderingen, aanleg riolering, water-
leiding, gas, enz. Spreker is geen technisch man op het gebied van bouwen,
maar elke bouwer zal kunnen bevestigen dat de onderbouw het duurste
is. Deze kleedgelegenheid is per se nodig. Bijherindelingvandesportvelden,
welke straks gaat komen, is men er vanuit gegaan dat Alliance een nieuw
clubgebouw zal krijgen. Oorspronkelijk was dit gebouw op een andere
plaats gedacht, maar na vele besprekingen tussen Alliance en de Sport-
stichting, is men tot de conclusie gekomen dat de plaats dichtbij de Sport-
parklaan verre de voorkeur verdient boven een plaats ergens aan de kant
van de Ringvaart of midden tussen terreinen in of waar dan ook. Maar de
plaats aan de Sportparklaan houdt toch wel bepaalde consequenties in
omdat het gebouw, wat het uiterlijk aanzien betreft, een beetje moet pas-
sen in het geheel van de bebouwing van de Sportparklaan. Het boven-
gedeelte moet, wil het waarde hebben voor de vereniging, leuk aangekleed
zijn, sfeervol zijn, opdat de jeugd er graag komt. Spreker vindt het moeilijk
discussiëren tegen gebezigde argumenten zoals, dat het gebouw te luxeeus
is en te groot van opzet, want dat is ergens allemaal betrekkelijk. De
jeugd is nu eenmaal in alle opzichten een beetje verwend. Men behoeft dit
niet te entameren, maar men moet zich toch wel instellen op de behoeften
van de jeugd. Men kan de jeugd niet meer in een enkelwandig houten
gebouwtje stoppen met een paar golfplaten er bovenop. Men moet als
men iets doet, iets behoorlijks doen.
