XVII. WIJZIGING VAN DB GEMEENTEBEGROTING EN DE BEGROTINGEN VOOR OPENBARE WERKEN EN ELEKTRICITEITSBEDRIJF, DIENSTJAAR 1968. Besluit model D no. i tot wijziging van de gemeentebegroting, dienst- iaar 1968, aangevende voor de gewone dienst in inkomsten een verhogmg van f 7.783,38 en in uitgaven een verhoging van 29.591,76 en een ver- laging van f 21.808,38 en voor de kapitaaldienst in inkomsten een ver- hoging van f 5.965,en in uitgaven een verhoging van f 32.075, Besluit tot 3e wijziging van de begroting voor het elektriciteitsbedrijf, dienstjaar 1968, aangevende voor de gewone dienst in lasten een verho- ging en verlaging van f 2.090,— en voor de kapitaaldienst in baten en lasten een verhoging van f 22.660, Besluit tot 2e wijziging van de begroting voor openbare werken, dienst- jaar 1968, aangevende voor de gewone dienst, paragraaf 1, een wijziging van de onderverdeling in volgno. 20 en voor de kapitaaldienst in baten en lasten een verhoging van f 8.167, De vborzitter deelt mede, dat de commissie voor de financiën zich hier- mede kan verenigen. De ontwerp-besluiten worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. dat afgewacht zou worden hoe deze verordeningen in de praktijk zullen werken Gezien het tempo waarin deze verordeningen zijn ontworpen, zijn zii deugdelijk opgezet. Spreker wil niet zeggen dat daar misschien met nog een paar schoonheidsfoutjes inzitten. De heer de Ruiter is nog terugge- komen op de artt. 11 en 12. Zij zijn ongetwijfeld ook bedoeld als een waar- schuwing voor bepaalde organisaties om niet met te groot gemak over be- paalde voorschriften en reglementen en ook gestelde grenzen, heen te wan- delen maar die met grote emst te bezien. Wanneer in de toekomst zou blijken dat een redactieverandering zal moeten plaats vinden, dan zal het college ongetwijfeld bereid zijn om die aan te brengen. Spreker wil nog eens zeggen, dat de geest welke deze verordeningen ademt, toch wel be- wijst dat het college deze zaak met soepelheid en met bereidwilligheid wil bezien en dat daar bepaald niet een wantrouwen tegen bepaalde verem- gingen in zit. Spreker zou dus willen adviseren deze zaak nu zo aan te nemen. De heer Bomans heeft gevraagd waarom jeugdveremgmgen deze sub- sidie nu krijgen. Er zijn in het verleden ook jeugdgebouwen gezet met subsidie, ook wel zonder, maar de tijden veranderen. Het college heeft daarom gemeend dat ook het subsidiëren in stichtingskosten van jeugd- gebouwen, juist in deze tijd, nu de jeugd en ook het open jeugdwerk zozeer de aandacht behoeft, zeer op zijn plaats is. De voorzitter wil nu de discussie sluiten. Hij gelooft wel dat de raad zich met deze verordeningen kan verenigen. Als in de praktijk mocht blij- ken dat in de verordeningen wijzigingen moeten worden aangebracht, zal dat ook geschieden. Burgemeester en wethouders zullen zich nog beraden over de door de verschillende sprekers naar voren gebrachte punten. De heer de Ruiter: „Met deze toezegging zal ik graag mijn stem aan het voorstel geven." De ontwerp-besluiten worden vervolgens zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. De heer Bomans zegt blanco te willen stemmen. De voorzitter: „Als raadslid moet u uw mening over de zaken kenbaar maken." De heer Bomans verzoekt dan aantekening dat hij geacht wil worden tegen het voorstel no. 31 te hebben gestemd. 29 februari 1968

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1968 | | pagina 19