89
28 maart 1968
het gebied van een andere provincie zal gaan. Men krijgt daarbij het gevoel
dat de moeilijkheden zover mogelijk worden weggeschoven. Heemstede heeft
er dan geen last van en Haarlem ook niet. Wat houdt men echter wel Dat
het verkeer uit zuid-Haarlem, Schalkwijk en Amsterdam-west de weg
naar Zandvoort door Heemstede blijft zoeken. Want al komt er in Zand-
voort geen mens méér dan daar tegenwoordig pleegt te komen, al komt
,,Sandwijk" binnen 20 jaar tien kilometer ten zuiden van Zandvoort tot
stand, dan zal er nog een immens verkeer naar Zandvoort blijven. Dat
komt uit het oosten toch door Heemstede en dat zullen we dan op de hoek
van de Zandvoortselaan moeten blijven opvangen. De zeeweg zal het ver-
keer niet kunnen verwerken en de Zandvoortselaan ook niet. Er is dan
geen alternatief, want de nu geprojecteerde weg is er dan niet en de door
de heer Smit voorgestane weg ligt zö zuidelijk dat spreker zich niet kan
voorstellen dat men vanuit Haarlem eerst nog een keer tot voorbij Benne-
broek zal rijden om daar naar Zandvoort af te slaan. Men neemt aan dat
het verkeer dit wel zal doen bij de weg de Ranitz omdat dit een kwestie
van 5 km om rijden is en als men op een goede weg kan blijven rijden is
een omweg van 5 km eigenlijk een voordeel. Als men tweemaal de kruising
Zandvoortselaan-Herenweg heeft moeten nemen wacht men zich voortaan
wel die 5 km niet om te rijden. Maar het gehele verkeer uit Haarlem zuid
en Amsterdam west, dat uit het noorden komt, zal ergens in Haarlem uit-
komen en dan zal het daar zeer moeilijk worden. Daarbij komt dat Haar-
lem de zuidelijke agglomeratieweg langs het H.F.C.-terrein alleen wenst
te maken op voorwaarde dat de de Ranitzweg er komt. Daar heeft Haar-
lem groot gelijk in. Haarlem is n.l. van mening dat als de weg langs het
H.F.C.-terrein wordt aangelegd provincie en rijk kunnen redeneren: er is
nu een weg vanuit Amsterdam naar de kust en waarom zullen wij dan die
de Ranitzweg binnen afzienbare tijd ook nog gaan maken. Haarlem zal
naar sprekers gevoelen niet aan deze weg beginnen, wat een heel dure weg
wordt, als Haarlem niet de garantie heeft dat ook de de Ranitzweg er
komt.
De heer Smit: „U moet de grote stroom zien die naar Zandvoort gaat."
Wethouder Van Wijk: „Die zie ik juist, die staat daar stop."
De heer Smit zegt dat die stroom geen gebruik meer van deze wegen
zal maken, tenminste gedeeltelijk niet. De verkeersstroom zal op de nieuwe
weg, welke van oost naar west loopt, komen. Men ziet regelmatig dat men
die stroom in Zandvoort niet meer kan verwerken. En al maakt men 6 we-
gen naar Zandvoort dan zal de zaak daar vastlopen. De aanleg van de
Bloemendaalse zeeweg heeft een oplossing gegeven. Waarom zou men nu
ook niet zuidelijker een dergelijke weg aanleggen? Hij is nog korter en
men verkrijgt 4 km boulevard, dus 2 keer zo lang als de boulevard in het
noorden.
Wethouder Van Wijk antwoordt dat deze weg de huidige moeilijkheden
niet zal oplossen. Ons nageslacht zal er misschien dankbaar voor zijn, maar
het huidige geslacht, dat ook nog wil leven, kan hier niet mee uit de weg.
Het zal nog weer veel langer duren voor er iets tot stand komt.
De heer Smit is wel voor een noord-zuid-verbinding maar wil daarvoor
de Leidsevaart dempen. Hij zegt dat een weg op die plaats 18 miljoen zal
kosten, maar naar sprekers mening zal dit oneindig veel meer zijn. Boven-
dien, waar blijft Rijnland met zijn water Dat water zal toch ergens heen
moeten.
De heer Smit zegt dat de wethouder heeft gevraagd waar Rijnland met
zijn water blijft. Waar blijft Wassenaar dan met zijn water want daar is
ook geen Leidsevaart. Tussen Haarlem en Alkmaar is ook geen Leidse-
vaart en waar blijft daar het water
