mmM 7
40
2e afd.
25 april 1968
gemeester en wethouders een vaste toelage toegekend, gelijk aan het
verschil.
2. Bij een deelbetrekking wordt het minimum-salaris, genoemd in het
eerste lid, naar evenredigheid bepaald.
3. De toelage, bedoeld in het eerste lid, komt geheel of gedeeltelijk te ver-
vallen, naar gelang het daar bedoelde verschil door vermeerdering van
salaris-anciënniteit wordt opgeheven.
4. Voor de toepassing van dit artikel worden onder salaris mede verstaan
toelagen, verleend op grond van deze verordening, doch met uitzonde-
ring van de toelagen, genoemd m artikel 12.
Artikel 11.
1. Aan de bode-concierge van het Raadhuis wordt voor conciergewerk-
zaamheden buiten de normale diensttijd een vaste toelage toegekend
van f 186,per maand. Hij geniet vrije verlichting der woning.
2. Voor schoonmaakwerkzaamheden buiten de normale diensttijd wordt aan
de concierge van de Bronsteeschool een vaste toelage toegekend van
f 125,per maand.
Artikel 12.
1. De bode-concierge van het Raadhuis geniet een vaste kledingtoelage
van f 22,per maand en de meteropnemer-geldophaler een vaste kle-
dingtoelage van f 15,per maand.
2. Aan opzichters en technische ambtenaren, die onder alle weersomstan-
digheden buitendienst moeten verrichten, kan een toelage voor de aan-
schaffing van regenkleding worden verstrekt van f 6,25 per maand.
3. Aan bepaalde ambtenaren of groepen van ambtenaren kan, voor zover
de door hen te verrichten werkzaamheden dit noodzakelijk maken,
dienstkleding worden verstrekt overeenkomstig door burgemeester en
wethouders te stellen regelen, de hoofden van dienst gehoord.
Artikel 13.
1. Burgemeester en wethouders stellen regelen vast, op grond waarvan
aan ambtenaren, die in het bezit zijn van diploma's, welker bezit geen
vereiste is voor de functie, die zij bekleden, vaste toelagen worden toe-
gekend.
2. De in het eerste lid bedoelde toelagen bedragen in totaal niet meer
dan f 60,per maand.
3. De in dit artikel bedoelde toelagen worden toegekend met ingang van
de eerste dag van de maand, waarin de ambtenaar het diploma of de
akte behaald heeft.
Artikel 14.
1. Aan de mannelijke ambtenaar, die gehuwd of gehuwd geweest is en
de 21-jarige leeftijd heeft bereikt, wordt een huwelijkstoelage toegekend
van f 62,per maand, met dien verstande, dat de som van het salaris
en de huwelijkstoelage niet mag stijgen boven het maximum van de
voor hem geidende salarisschaal en de wedde met inbegrip van de
huwelijkstoelage nimmer meer mag bedragen dan f 674,per maand.
2. Het bepaalde in het vorige lid is mede van toepassing op de vrouwe-
lijke ambtenaar van tenminste 21 jaar, die gehuwd en kostwinster is
dan wel gehuwd is geweest en niet is hertrouwd.