VOORSCHRIFTEN, DEEL UITMAKEND VAN HET BESTEMMINGS-
PLAN VOOR DE SCHOUWBROEKERPOLDER.
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1.
Begripsbepalingen.
In deze voorschriften wordt verstaan onder:
1. liet bestemmingsplan of plan
het bestemmingsplan vervat in de sub 2 bedoelde kaart en in deze
voorschriften regelende de bestemming van gronden, gelegen in de
Schouwbroekerpolder.
2. de kaart
de bij het besluit tot vaststelling van het plan behorende tekening no.
D-118 met bijbehorende verklaring, waarop de in lid 1 bedoelde be-
stemmingen zijn aangegeven.
3. het plangebied
het geheel van gronden water daaronder begrepen dat door de
grens van het plan wordt omsloten.
4. bouwperceel
een aaneengesloten grondoppervlak water daaronder begrepen
omvattend de grondslag van een gebouw, benevens de daaraan aan-
sluitende grond.
5. bebouwingsstrook
de op de kaart blijkens de verklaring voor bebouwing bestemde grond-
strook, waarvan de begrenzende lijnen nergens overschreden mogen
worden, behalve in gevallen in deze voorschriften voorzien.
6. aaneengesloten bestemmingsgebied
een op de kaart voor een bepaalde kategorie van bebouwing bestemd
complex van aaneengesloten gronden, begrensd door een ononderbro-
ken lijn, welke door de bebouwing niet mag worden overschreden.
7. rooilijn
de sub 5 en 6 genoemde begrenzende lijnen van de bebouwingsstrook
en het aaneengesloten bestemmingsgebled zijn aan te merken als rooi-
lijnen, bedoeld in artikel 1 van de Woningwet.
8. voorgevelrooilijn
de rooilijn, die bij het bouwen aan de naar een weg, een straat, een
plein of een voetpad gekeerde zijde niet mag worden overschreden.
Indien krachtens deze omschrijving meer dan één lijn als voorgevel-
rooilijn is aan te merken, wordt de voorgevelrooilijn door burgemeester
en wethouders aangegeven.
9. quickservice station
een gebouw of een onderdeel daarvan, bestemd en kennelijk geschikt
voor de verkoop van benzine, waarin tevens een beperkte ruimte voor
te verrichten kleine (reparatie) werkzaamheden in korte tijd.
10. showroom
een toonkamer waarin iets ter bezichtiging wordt aangeboden.
11. bijzonder gebouw
een gebouw bedoeld voor doeleinden van openbaar nut of ander hier-
mede naar het oordeel van burgemeester en wethouders gelijk te stei-
len gebouw, geen woning of bedrijfsgebouw zijnde in de zin der be-
bouwingsvoorschriften.
