246 26 september 1968
zal zijn als daar een duiker komt. Amsterdam zal eventueel moeten
betalen als m plaats van de brug een dam met duiker wordt eemaakt.
Burgemeester en wethouders wachten dus nu het tegenvoorstel of het ia-
woord van Amsterdam af. Het lijkt vooralsnog redelijk dat Amsterdam
werk voor haar rekening neemt waar dit meer of min Amsterdams ter-
rein is. Spreker gelooft niet dat het gemis van dit bruggetje zo groot
zal zijn. Het verhes aan landschappelijk schoon doordat de Emausbrug is
verdwenen is spreker nog niet opgevallen. Hij vindt dat ter plaatse een
aardig talud îs gekomen. Hij mist daar niets behalve een paar brugleu-
nmgen welke meestal niet dik in de verf zaten. Die bruggetjes hebben
hun aardig effect, maar wanneer zo'n brug voor het verkeer moet ver-
dwijnen moeten er wel eens offers of offertjes worden gebracht.
De heer Bomans merkt op dat de doorgang onder de brug niet leidt
naar een zijslootje maar naar een breed water. Spreker hoopt dat de
wethouder ter plaatse eens gaat kijken want dan zal hij moeten beamen
dat het wel om meer gaat dan alleen een verbinding met een zijsloot Er
ligt ook een spoorbrug over dat water.
vaSgesteld 6rP"beSlUit W°rdt vervol^ens zonder hoofdelijke stemming vast-
XI. INSTELLING VAN EEN COMMISSIE VOOR DE BEROEP-
SCHRIFTEN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
Commissie voor de beroepschriften.
De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de strafverordeningen
zich hiermede kan verenigen. Eén lid behield zich ten aanzien van len
onderdeel van deze verordening zijn stem voor.
De heer Verkouw zegt het lid te zijn dat zijn stem over een bepaald
punt van het voorstel heeft voorbehouden. Het voorstel is in het algemeen
door zijn fractie met instemming begroet. Enerzijds betekent dit voor-
stel een vereenvoudiging, omdat in de toekomst niet meer de gehele raad
over een ingesteld beroep zal behoeven te oordelen, maar een kleine com-
missie. Anderzijds zal de procedure welke in de toekomst gevoîgd zal
worden, aan de rechtszekerheid en de zorgvuldigheid van de rechtsbede-
ling tegemoet komen, zodat degene die in beroep komt wat vroeger
us niet het geval was de gelegenheid zal krijgen om door de com-
missie te worden gehoord, terwijl hij zich, aldus artikel 8, le alinea
o°r een raadsman kan doen vertegenwoordigen of bijstaan.
Over het punt waarvoor spreker zijn stem in de commissie voor de
strafyerordenmgen heeft voorbehouden, heeft hij later nog eens nage-
dacht en het ook in zijn fractie besproken. Hij is nog meer tot de overtui-
ging gekomen dat het jammer is dat het college dit artikel geredigeerd
heeft zoals het nu luidt n.l.: „De commissie bestaat uit 5 leden door de ge-
meenteraad uit zijn midden benoemd". Toen de wetgever artikel 63 van
gemeentewet heeft ingesteld, heeft hij daaraan een laatste lid toege-
voegd luidende: „Indien de in de aanhef van het eerste lid bedoelde be-
voegdheden zijn toegekend aan een commissie als bedoeld in artikel 61
eerste lid onder a (dat is hier het geval) wordt tenminste één lid der com-
missie gekozen uit de leden van de gemeenteraad". Burgemeester en wet-
ouders stellen echter voor dat niet één lid van de gemeenteraad deel
van deze commissie zal uitmaken, maar vijf leden. Spreker vindt dat jam-
mer omdat nu voorbij wordt gegaan aan inspraak van de burgerii, een
groot goed, dat niet moet worden overtrokken maar toch zeer belangriik
'Jî pre denlît hierbii in het bijzonder aan de wijze waarop minister
Toxopeus in februari 1962 het wetsontwerp bij de Tweede Kamer in-
diende n.l.: „ontwerp tot wijziging van de bepalingen der gemeentewet