238 26 september 1968
hPt1 d,f 5eli-gleUZen ®n andere Personeelsleden. Wij menen mét
het bestuur dat het met juist zou zijn dicht langs deze vertrekken een
openbaar pad aan te leggen.
ÎS aan het bestuur van de stichting „Kennemerduin" gevraagd
een nen' Z T I Van 6611 verbindinSsPad, als hiervoor bedoeld,
een aan de zijde van de Burgemeester van Lennepweg gelegen deel van
bos van deze stichtmg beschikbaar te stellen. Het bestuur heeft
rina„ Me aandrang - gemeend dit verzoek niet te kunnen inwil-
h t 1S van oordeel dat een openbaar wandelpad niet in het belang is
van de bewoners van ,,Kennemerduin".
Ad 2 en 3.
Wij zijn van oordeel dat aan de door de minister, gedeputeerde staten
en Z Kpad gesteide verTachtin^en niet is voidaan- De oorzaak hîervan
s, dat Kennemerdum met gebonden is, een toezegging of overeenkomst
en cvenmln na rijp beraad niet bereid is een overeenkomst aan te güm
Ad 4
KpTl^epr^aChte^ f6en ?nkel resultaat van nieuwe onderhandelingen met
^p n eînenduin' ^ede &elet °P de negatieve uitslag van het nog zeer re-
cent plaatsgevonden overleg. Wij zien thans terzake geen enkele mogelijk-
iiciu iix""x
Oe heer Verkouw zegt dat het antwoord op de door hem gestelde vra-
gen hemr bijzonder heeft teleurgesteld. Dat het antwoord zo onbevredi-
h, arHkpig99n aan het college doch daaraan zijn anderen debet. Hoewel
m artikel 22 van het reglement van orde is voorgeschreven dat vragen
binnen 3 weken moeten worden beantwoord, had het college een aantal
motieven om met het antwoord geen haast te maken. Er was een zekere
hoop dat uitstel aan de zaak ten goede zou komen. Nú weet spreker wel
beter. In de raad îs herhaalde malen en zeer uitvoerig over dit onderwerp
gesproken Laatstehjk îs dit gebeurd bij de behandeling van de begro-
ting voor 1968 en daarvoor zeer omstandig in de raadsvergadering van 24
meniiiJ1 aU fZ™ Van sehrifteli^e vragen wa! naar Iprekers
memng alle aanleidmg. Uit het antwoord blijkt duidelijk dat het bestuur
Shuis8 Het Ovefh11^26!, St'. .Bavo'.. thans Stichtmg katholiek bejaarden-
t hn s -Het Overbos bereid is zijn eenmaal gegeven woord gestand te
k -U? me voidoemng geconstateerd mag worden, en dat deze
bereidheid bij het tegenwoordige bestuur van de Stichting „Kennemer-
duin niet aanwezig îs. Dat laatste bestuur acht zich niet gebonden
at moet spreker uit het antwoord wel begrijpen aan een eenmaal ae-
geven woord van het bestuur in zijn oude samenstelling, een woord waar-
van de immster, gedeputeerde staten, de gemeenteraad en burgemeester
wetbouders meenden dat het een betrouwbaar compas was waarop
men, alhoewel met bij overeenkomst maar toch wel in gesprekken verga-
denngen en correspondentie vastgelegd, veilig kon varen. Er was destiids
dus sprake van een gentleman agreement. Wij weten nu waar we de
gentlemen met moeten zoeken. Spreker vindt dit een ernstige zaak In de
ri?pSJpr,P /T1 h?n 1'e de verantwoordeIijkheid voor deze beslissing
dra?en cn,ln de tweede Plaats voor wat de beslissing in haar gevolgen be-
treft. Terloops zou spreker hierbij de opmerking willen maken dat uit
deze gang van zaken in de toekomst de les kan worden getrokken hoe
belangnjk het is beslissingen schriftelijk vast te leggen in plaats vân in
g°ed vertrouwen op een eenmaal gegeven woord te bouwen. Spreker wil
er van uitgaan dat het college, want dit was voor de gemeente ook partii
m deze zaak, en naar zijn mening met de grootste verantwoordelijkheid in
het driemanschap, alle îjzers in het vuur heeft gebracht om gezamenlijk
tot overeenstemmmg te komen. Nu dit niet is gelukt begrijpt spreker dat
tP^fJf668 enw.ethouders hun antwoord eindigen met: „wij zien thans
terzake geen enkele mogelijkheid meer". Spreker moet zeggen dat hij