264
31 oktober 1968
verzoek wordt ing-ediend voor een tegemoetkoming, eventueel de helft,
in de bouwkosten. Zij maakt uit het voorstel op, dat het gebouw er al
staat en dat de vereniging de inrichtingskosten van het gebouw niet kan
betalen. Spreekster vraagt of het gebouw mogelijk al bijna afgebouwd was
vöôr de verordening van 29 februari 1968 was vastgesteld.
Deze vereniging doet zeer nuttig werkmaarspreeksteris methaarfractie
van mening, dat het bijzonder jammer is dat twee verenigingen hetzelfde
werk doen. Zij weet dat er indertijd een algemene e.h.b.o.-vereniging heeft
bestaan. De katholieke vereniging is een afsplitsing daarvan en is nu een
onderdeel van een landelijke vereniging. Haar fractie staat op het stand-
punt dat er naar gestreefd moet worden dat ook op dit gebied in de toe-
komst geen verzuiling plaats vindt. Zij zal haar stem aan het voorstel
natuurlijk niet onthouden maar wil toch opmerken dat zij de gang van
zaken betreurt.
Spreekster heeft van twee bestuursleden van de algemene vereniging ver-
nomen, dat in het vorig jaar een collecte is gehouden voor dit gebouw,
waarbij werd vermeld dat is spreekster ook overkomen dat het ge-
bouw voor de Heemsteedse e.h.b.o.-verenigingen was bestemd. Spreekster
wist wel dat dit niet zo was. Zij vindt het jammer dat men op die vvijze
huis aan huis hiervoor heeft gecollecteerd. Zij is van mening dat, als men
zich bewust afscheidt, men ook had mceten zeggen dat de collecte voor
de katholieke vereniging was.
De heer Van Berckel wil graag een nadere toelichting geven op deze sub-
sidie-aanvraag, welke dan tevens kan dienen als antwoord op de opmer-
kingen van mevr. Vriesendorp. De vereniging is opgericht in 1951 en heeft
van het begin af aan met huisvestingsproblemen te kampen gehad. Het
laatste onderdak was een kleine zaal in Nieuw Berkenrode met een kamer
ernaast waarin het materiaal van de vereniging was opgeslagen. Na de
verkoop van dit gebouw heeft de Barmhartige Samaritaan zich genood-
zaakt gezien naar een ander tijdelijk onderdak uit te kijken hetwelk werd
gevonden in de St. Henricusschool. Voor beide partijen is het echter bij-
zonder bezwaarlijk deze situatie voort te zetten, want bij gebruik van de
lokaliteit moeten de banken opzij worden geschoven, terwijl er geen berg-
ruimte is voor brancards, e.h.b.o.-kisten en diverse leermiddelen. Men
heeft toen ten slotte uit nood besloten over te gaan tot het stichten van
een eigen gebouw. Spreker moet zeggen hij is er bij aanwezig geweest
dat het een bijzonder zware beslissing is geweest om met zeer beperkte
middelen een gebouw neer te zetten. De vereniging heeft dit aangedurfd
omdat zij ervan overtuigd was dat velen bereid zouden zijn met de bouw
te helpen en vele firma's bereid zouden zijn in natura te helpen. Spreker
heeft gedurende 3 jaar de bouw van nabij gevolgd. Avond aan avond zijn
zeer velen, zoals metselaars, timmerlieden en andere vaklieden werkzaam
geweest, praktisch zonder enige vergoeding voor dat werk te ontvangen.
Zij vonden het een eer voor dit doel iets te mogen doen. Spreker vindt
deze prestatie toch wel iets buitengewoons en daarom vindt hij het zo
jammer dat de aanvraag niet geheel wordt gehonoreerd. Z.i. mag het toch
wel geapprecieerd worden dat de vereniging niet in eerste instantie een
beroep op de gemeente heeft gedaan maar getracht heeft zelf het ge-
bouw te bekostigen. Nu het praktisch klaar is, blijkt dat de vereniging aan
het einde van haar middelen is. De gevraagde bijdrage is 3.600,voor
de inrichting en 4.500,voor de verwarming. Burgemeester en wethou-
ders maken er bezwaar tegen de kosten van de verwarming voor rekening
van de gemeente te nemen. Naar spreker heeft begrepen menen zij, dat ge-
zien het feit dat het gebouw alleen 's avonds zal worden gebruikt, wel
op andere wijze în de verwarming van dit gebouw kan worden voorzien.
Spreker heeft echter vemomen dat het wel degelijk de bedoeling is het
gebouw overdag een bestemming te geven bijv. voor maatschappelijk werk.