31 oktober 1968
269
wel naar een algemene samenwerking toegroeit. Spreker is daar vöôr. Van
de andere kant blijven er naar zijn mening altijd wel terreinen waarbij een
levensbeschouwelijke grondslag nog wel in aanmerking mag worden ge-
nomen.
De heer Verkouw zegt dat nog steeds niet goed uit de verf is gekomen
dat, wanneer enige jaren geleden het verenigingsbestuur met het gemeen-
tebestuur was gaan praten, mogelijk van de zijde van de gemeente zou
zijn gezegd: de algemene vereniging maakt een aantal uren in de week
gebruik van een lokaliteit in de Craijenesterschool, het gemeentebestuur
is gaarne bereid een lokaliteit van een andere school gratis ter beschik-
king te stellen. De vereniging heeft echter geredeneerd dat zij iets veel
mooiers in de zin had. De algemene vereniging, welke blijkens het sub-
sidievoorstel een groter aantal leden heeft, en ook over een bepaalde
apparatuur zal beschikken, lukt het blijkbaar wel in de Craijenesterschool,
in een vrij eenvoudige omgeving dus, haar werk goed te doen. De r.k,-
vereniging heeft echter gemeend een mooi gebouw neer te moeten zetten,
met een instructielokaal, een badkamer, en andere lokaliteiten. Spreker
heeft zo het idee dat dit gebouw ook voor talrijke andere doeleinden kan
worden gebruikt. Daar hoort hij echter maar zo weinig van. Had de ver-
eniging niet op een eenvoudiger manier, in een schoollokaal b.v. haar
werk kunnen verrichten Zo doorredenerend zegt spreker nogmaals dat,
als men zo'n mooi gebouw wil, een extra subsidie van f 3.600,een ruim
ge'oaar van de gemeenite is.
De heer Van Berckel merkt op dat de werkzaamheid van zo'n vereniging
voor een school toch wel bijzondere lasten met zich meebrengt doordat
bij gebruik van het lokaal elke keer de banken opzij moeten worden ge-
schoven. Bovendien is er weinig bergruimte voor het materiaal van de
vereniging.
Het is inderdaad de bedoeling dat andere verenigingen van dit gebouw
gebruik zullen kunnen maken. Dat is van het begin af aan de bedoeling
geweest teneinde het gebouw meer rendabel te maken. Spreker gelooft
dan ook dat het niet de bedoeling is geweest om alleen in de avonduren
activiteiten van de vereniging in dit gebouw te organiseren. Daarbij
komt nog, dat voor de opleidingsploeg, maar ook voor de ploegen die
uitgezonden worden naar nationale wedstrijden, enorm veel oefentijd nodig
is, zodat soms ook op de zaterdagen moet worden geoefend. Het is dan wel
bijzonder prettig dat men dan over een eigen localiteit kan beschikken en
niet afhankelijk is van een school waar men telkens het meubilair opzij
moet schuiven om het lokaal te kunnen gebruiken. Nogmaals, de vereni-
ging is bereid, om, als andere verenigingen ruimte nodig hebben, een loka-
liteit te verhuren of af te staan.
De heer Enschedé merkt op, dat de heer Van Berckel zegt dat het ge-
bouw openstaat voor vele andere doeleinden en mevr. Vriesendorp zegt
dat het gebruik door de algemene e.h.b.o.-vereniging niet is toegestaan.
Spreker zou het wel prettig vinden als duidelijk werd gemaakt hoe dit nu
zit. Misschien kunnen burgemeester en wethouders daar nog opening van
zaken over doen.
De voorzitter antwoordt dat dit een zaak van de vereniging zelf is. Het
gaat op het ogenblik over het verlenen van een subsidie en de suggestie
om meer te doen dan het voorstel inhoudt. Daarover moet men zijn stand-
punt bepalen. Het kan daarbij natuurlijk van invloed zijn wanneer men
weet dat het gebouw ook voor andere doeleinden mag worden gebruikt.
Dat is toegezegd. Dat staat ook in de aanvrage van de vereniging. Spreker
moet aannemen dat dit voor 100 juist is.
De heer Verkouw vraagt of daar ook een vereniging in kan komen die
subsidiabele doeleinden nastreeft. Spreker weet helemaal niet welke ver-