315 12 december 1968 Die weg zijn burgemeester en wethouders reeds ingeslagen en die weg zullen zij blijven gaan. Het mede-overleg van de burger is van groot be- lang en kan een nuttige inspraak zijn. Natuurlijk zal men daarbij het is volkomen menselijk het eigen-belang ontmoeten. Men ziet graag de dingen die niet zo prettig zijn ver van zijn huis gebeuren, maar wij zullen met elkaar moeten trachten de offers zo rechtvaardig mogelijk te ver- delen. Tenslotte wil ik de opmerking van de heer Bomans ten aanzien van de plantsoenen beantwoorden. Middels de plantsoenen ziet men nog iets van zijn belastinggeld terug. Elke bloem in de plantsoenen doet mij in dat opzicht deugd, wat ik van alle belastinggeld lang niet altijd kan zeggen, waarmee ik echter niet wil zeggen dat het onzichtbaar verdwijnt. Plantsoenen zijn een verlenging van onze tuinen. Omgeslagen per inwoner zijn de kosten van de plantsoenen plm. f 25, zonder twijfel een bedrag waarvan zij die tuinrekeningen plegen te betalen zullen zeggen: wat is de gemeente ontstellend goedkoop: zou zij mijn tuin ook niet voor deze prijs kunnen komen doen. In dat bedrag van 4 ton zijn bovendien de loonrondes en alle hogere prijzen verwerkt. Wat mij betreft blijven wij op dit niveau met de plantsoenen voortgaan." Wethouder mevr. Van der Meulen zcgt: „De heer Willemse heeft er op gewezen dat het hoofdstuk sociale zorg en maatschappelijk werk een forse uitgavenstijging te zien geeft. Daarnaast was hij erkentelijk dat dit jaar twee bejaardenhuizen in gebruik konden worden genomen, waar- door het, met bijstand van de gemeente, ook voor minder-draagkrachti- gen mogelijk is geworden beschut en verzorgd van hun levensavond te genieten. Met betrekking tot de aansluiting van de gemeente bij de Stichting Geestelijke Volksgezondheid heeft de heer Willemse zijn bezorgdheid er over uitgesproken, dat het nu misschien voor enkele bijzondere scholen moeilijk zal zijn dat zij zich niet meer in verbinding kunnen stellen met de diensten in Haarlem, waarvan zij tot nu toe gebruik maakten. Ik dacht dat in het onderhoud met de besturen van de bijzondere scholen, waarbij de heer Willemse aanwezig was, het wel duidelijk was geworden, dat de Stichting Geestelijke Volksgezondheid er geen enkel bezwaar tegen heeft dat de bijzondere scholen van hun eigen diensten gebruik blijven maken. Hoe dit alles verder nog geregeld zal worden is vers 2, maar ik geloof dat de vrees die de heer Willemse heeft uitgesproken, niet aan- wezig behoeft te zijn. De heer Enschedé heeft gevraagd om een nauwgezette praktisch juiste toepassing van de sociale regelingen en om te waken tegen misbruik. Ik geloof dat de heer Ekischedé, wat onze gemeente betreft, daarover geen grote zorgen behoeft te hebben. In de kleinere gemeenten n.l. zijn de diensten voor sociale zaken vrij goed op de hoogte van de omstandighe- den van de mensen die een beroep doen op de sociale wetten. Bovendien wordt ieder voorstel van het bureau sociale zaken in het college van bur- gemeester en wethouders zeer nauwlettend beoordeeld. De heer Enschedé acht intergemeentelijke samenwerking gewenst. Ik kan mededelen dat de intergemeentelijke samenwerking op het terrein van sociale zaken en maatschappelijk werk heel groot is. Ik wil daarvoor wijzen op de gezamenlijke vaststelling van de normen ingevolge de Alge- mene Bijstandswet, welke door alle gemeenten in Zuid-Kennemerland gelijktijdig en op dezelfde wijze zijn gepubliceerd. De heer Enschedé heeft het toegejuicht dat de schoolpsychologie haar bescheiden intrede heeft gedaan. Inderdaad is dit wel een zeer bescheiden begin, maar het is wel gebleken dat de schoolpsychologische dienst meer noodzakelijk is dan had kunnen worden verwacht. Burgemeester en wet- houders hebben zich nog niet kunnen beraden en hebben ook nog niet met de Stichting Geestelijke Volksgezondheid voldoende onderzocht, welke

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1968 | | pagina 28