41a, b IrWML^ ..äïip 2e afd. 27 maart 1969 onder te brengen, zodat tot het stichten van een nieuw gebouw zal dienen te worden overgegaan. Aangezien de gemeente Amsterdam op het sport- veldencomplex van de Amsterdamse Poiitie aan de Sloterweg te Amster- dam reeds ruimte voor de bouw van een politieschool met internaat had gereserveerd, ligt het in de bedoeling de regionale politieschool met inter- naat op dit bij uitstek geschikte terrein te vestigen. De gemeente Amsterdam is bereid dit terrein daartoe in erfpacht te geven. De bouw- en inrichtingskosten van het instituut, waarvoor door de Dienst der Publieke Werken te Amsterdam een voorlopig schetsplan is ontworpen, worden geraamd op /5.650.000,(gebaseerd op gegevens beschikbaar op 30 september 1968). Als tegemoetkoming in deze kosten zal door het Ministerie van Binnen- landse Zaken ingevolge art. 8 van het Politiekostenbesiuit een buitenge- wone uitkering ten bedrage van 4.200.000,worden gedaan, op welk bedrag, naar mate de bouw vordert, voorschotten zullen worden verleend. Voor het restant van de bouw- en inrichtingskosten, zijnde 1.450.000, zal door de Regionale Politieschool Noord-Holland een lening moeten wor- den aangegaan, waarvoor de deelnemende gemeenten zich naar gelang de organieke sterkte van hun politiekorps garant zullen moeten stellen. Dit bedrag is voor onze gemeente ongeveer 16.000,Opgemerkt zij, dat de bedragen voor aflossing en rente van de door de Politieschool aan te gane lening zijn opgenomen in de voor u bij de stukken ter inzage liggende exploitatiebegroting van de school, zodat van de deelnemende gemeenten alleen een garantstelling wordt gevraagd. Zoals uit genoemde exploitatiebegroting blijkt, wordt door het Ministe- rie van Binnenlandse Zaken voor een adspirant, die in internaatsverband wordt opgeleid, aan de betrokken gemeente jaarlijks een uitkering van 2.400,verleend. Dit betekent, dat bij een voltallige bezetting van de school de gemeen- ten per leerling jaarlijks een bedrag van 470,zullen moeten betalen, welk bedrag bij onderbezetting echter oploopt en bij een bezetting van 60% 3.008,zal zijn. Bij onverhoopte emstige onderbezetting zal echter contact met het Mi- nisterie van Binnenlandse Zaken worden opgenomen teneinde dan een tegemoetkoming in het daardoor veroorzaakte grote tekort te verkrijgen. Volledigheidshalve zij nog vermeld, dat de deelnemende gemeenten zich ingevolge artikel 18, 3e lid, sub a van de te treffen gemeenschappelijke regeling verplichten per jaar aan de regionale politieschool bij te dragen zoveel maal een nader door het algemeen bestuur vast te stellen bedrag van ten hoogste 10,als het door de Minister van Binnenlandse Zaken vastgestelde maximum aantal politie-ambtenaren (totale sterkte) voor die gemeenten bedraagt; d.w.z. dat onze gemeente met een vastgestelde sterk- te van 41 man dus jaarlijks 410,bijdraagt. Gezien het vorenstaande stellen wij u voor de gemeente Heemstede te doen toetreden tot vorenstaande gemeenschappelijke regeling en daartoe de besluiten te nemen, welke u hierbij in concept worden aangeboden. Burgemeester en wethouders van Heemstede, A. G. A. van Rappard. De secretaris, J. M. Kruitwagen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1969 | | pagina 22