52
4e afd.
24 april 1969
PKESENTIEGELDEN VOOIi LEDEN VAN DE RAAD
Heemstede, 16 april 1969.
Aan de Raad,
Bij hun besluit van 1 april j.l., nr. 216, hebben gedeputeerde Staten van
Noord-Holland de normen welke worden aangehouden bij de beoordeling
van de vergoeding voor de raadsleden voor het bijwonen van raads-, afde-
lings- en commissievergaderingen in dier voege herzien, dat deze ver-
goeding in gemeenten met 20.000 tot 49.999 inwoners met ingang van 1
januari j.l. ten hoogste op 40,— per Ud per vergadering mag worden
gesteld. Voordien was het maximum f 30,
Het presentiegeld voor het bijwonen van vergaderingen van uw raad is
laatstelijk conform uw besluit van 24 november 1966, nr. 143, gerekend
met ingang van 1 januari 1967, door Gedeputeerde Staten bepaald op
f 30,per iid per vergadering; de vergoeding voor het bijwonen van af-
delings- en commissievergaderingen werd met ingang van die datum be-
paald op f 20,
Wij achten het redelijk dat het presentiegeld voor het bijwonen van de
raadsvergaderingen, gerekend met ingang van 1 januari j.l. wordt gesteld
op f 40,per lid per vergadering; de vergoeding voor het bijwonen van
de overige vergaderingen ware te verhogen tot f 30,
Wij geven u in overweging Gedeputeerde Staten dienovereenkomstig te
verzoeken.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
J. M. Kruitwagen.
De Raad der gemeente Heemstede;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 16 april j.l.;
BESLUIT:
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland te verzoeken het bedrag der ver-
goeding voor de leden van de raad met ingang van 1 januari 1969 vast te
stellen op 40,per lid voor elke bijgewoonde raadsvergadering en op
f 30per lid voor elke bijgewoonde afdelings- of commissievergadering.
Heemstede, 24 april 1969.
De Raad voomoemd,