Artikel 8.
De gronden, op de kaart bestemd tot sportterrein, mogen uitsluitend wor-
den gebruikt voor het aanleggen van sportvelden en verharde ruimten ten
dienste van het onderwijs.
Artikel 9.
De gronden, op de kaart bestemd tot openbaar groen, mogen uitsluitend
worden gebruikt voor het aanleggen van plantsoenen, gazons en soortge-
lijke voorzieningen.
Artikel 10.
De gronden, op de kaart bestemd tot weg of verharding, mogen uitslui-
tend worden gebruikt voor de aanleg van wegen, voetpaden, rijwielpaden
bermstroken, bermsloiten en dergelijke.
Artikel 11.
De gronden, op de kaart bestemd tot water, mogen uitsluitend worden
gebruikt voor het aanleggen en instandhouden van een gracht.
III. Voorschriften omtrent het gebruik van nieuw opgerichte gebouwen.
Artikel 12.
Het is verboden een dienstwoning, als bedoeld in artikei 6 of een ge-
deelte daarvan of een aanhorigheid bij een dienstwoning in gebruik te ge-
ven of te nemen ter realisering van doeleinden welke met de bestemming
eengezinshuizen onverenigbciar zijn.
Artikel 13.
1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verienen van
het bepaalde in artikel 12. Virijstelling" kan worden verleend voor on-
bepaalde tijd behoudens wederqpzegging of voor bepaalde tijd.
2. Vrijstelling als bedoeld in het eerste lid moet worden geweigerd indien
het voorgenomen andere gebruik van duurzame aard zal zijn enge-
let OP de ligging van het gebouw het gebruik van gronden en gebou-
wen m de omgeving duurzaam en in ernstige mate kan worden ge-
stoord, zonder dat door het stellen van voorwaarden of op andere wiize
zodanige stoornis zal zijn te voorkomen.
C. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN.
I. Overgangsbepalingen
Artikel 14.
Gronden welke bij het van kracht worden van het plan in gebruik ziin
voor andere doeleinden dan waarvoor zij blijkens de bestemming ingevolge
het plan mogen worden gebruikt, mogen voor die doelelnden in iebruik
Antikel 15.
Het is verboden de in artikei 14 bedoelde gronden in gebruik te nemen
als^stortpiaats of als opslagterrein anders dan ter realisering van het
II. Slotbepalingen
Artikei 16.
Overtreding van het bepaalde in de artikelen 12 en 15 wordt geacht
een strafbaar feit ite zijn in de zin van artikel 59 van de Wet op de Ruim-
tehjke Ordening. 1
