26 juni 1969
105
VI. VOORBEREIDING BESTEMMINGSPLANNEN
Het voorstel met ontwerp-besluit is opg-enomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
69. Voorbereiding bestemmingsplannen.
De voorzitter deelt mede dat de commissies voor openbare werken en
voor volkshuisvesting zich hiermede kunnen verenigen.
De heer Rücker zegt dat zijn vandaag zo gedecimeerde fractie gaarne be-
reid is het voorstel van het college te steunen, hoewel zijn fractie de oor-
zaak betreurt waarom een voorstel als het onderhavige weer ter tafel moet
komen. Telkenmale, zo vergaat het spreker althans, wordt men geirriteerd
wanneer men weei' met de neus op het trieste feit wordt gedrukt dat er
geen waarneembare voortgang zit in de activiteiten van de provinciale
autoriteiten ten aanzien van de in de loop van de jaren berucht geworden
noord-zuid en oost-west verbindingen. Er zijn daaraan in deze raad vele en
soms boze woorden gewijd. Hoewel men daarbij uiteraard telkenmale in her-
haling valt meent spreker niettemin, dat de raad geen gelegenheid onge-
bruikt mag laten om uiting te geven aan zijn teleurstelling en ergemis over
deze gang van zaken, meer speciaal over de trage wijze waarop men
werkt of en men zou haast in de verleiding komen dit te veronderstellen
helemaal niet werkt. Het doet spreker zonder meer onsympathiek aan
dat de provinciale overheid, die toch geacht mag worden kennis te hebben
van het onbehagen hetwelk niet alleen in deze gemeente maar in de gehele
agglomeratie ten aanzien van deze kwestie bestaat, niet de moeite neemt
cp de een of andere wijze te reageren om althans de belanghebbenden
tussentijds te informeren ten aanzien van het vorderen van een bepaald
werkschema of het afwezig of aanwezig zijn van bepaalde realiteiten die
het nemen van een verantwoord besluit of een verantwoord voorstel nog
afremmen. Ter gelegenheid van de begrotingsdebatten heeft spreker, en
meerderen met hem, met het college over deze kwestie gedebatteerd. De
wethouder van openbare werken heeft toen toegezegd de raad te zullen in-
formeren zodra het reeds lang in het vooruitzicht gestelde gesprek met de
provincialo autoriteiten had plaats gehad en wat de positieve resultaten
en bij dat positieve plaatst spreker dan 3 vraagtekens waren. Uit het
feit dat zodanige informatie nog steeds achterwege is gebleven, meent
spreker de conclusie te moeten trekken, dat het college nog steeds in de
wachtkamer heeft moeten plaatsnemen en mcct afwachten tot het de
autoriteiten behaagt de wachtenden binnen te laten. In de begrotingsver-
gadering heeft de toenmalige fractievoorzitter van de V.V.D. deze gang
van zaken toegeschreven aan een door hem aan de kaak gesteld gebrek
aan beslissingskracht. Spreker zou nog wat verder willen gaan en
nadrukkelijk willen zeggen dat hij, wat er op het ogenblik gebeurt een
zeer groot maatschappelijk onrecht vindt. Een gehele leefgemeenschap
wacht feitelijk op het verlossende woord. Iedereen verkeert in onzekerheid,
hetzij openbare lichamen hetzij particulieren. Iedereen is ermee gebaat als
hieromtrent duidelijkheid van zaken wordt verkregen. Uit niets blijkt dat
men bij de provincie ernstig moeite doet om aan deze nare vertoning een
einde te maken. Hoewel sprekers fractie er van overtuigd is dat het college
ten aanzien van deze kwestie voldoende diligent zal zijn, wil spreker het
college zeer nadrukkelijk vragen op de poorten en de deuren van de pro-
vinciale griffie te blijven beuken totdat het uiteindelijk wordt binnenge-
laten en bij die gelegenheid dan eens duidelijk te maken hoe degenen die
hierbij direct betrokken zijn over deze gang van zaken oordelen.
De heer Enschedé wil met andere woorden dan door de heer Rücker ge-
bezigd op hetzelfde aambeeld hameren. De industrialisatie in Nederland
voltrekt zich in een bijzonder hoog tempo en dat tempo neemt steeds toe
en daarmee de ontwikkeling van de economie. Dat geldt ook voor onze