4e afd. 30 oktober 1969 103 VASTSTELLING VEKGOEDING VAKONDERWIJS OVER 1968 Heemstede, 8 oktober 1969. Aan de Raad, Krachtens het bepaalde in het derde lid van artikel lOlbis der Lagcr- onderwrjswet 1920 maken de besturen der bijzondere scholen voor de be- loning van vakonderwijzers aanspraak op een vergoeding, welke wordt bepaald met inachtneming van het getal wekelijkse lesuren vakonderwijs voor de openbare scholen, vermenigvuldlgd met het getal verplichte onder- wijzers en van een beloning tot een bedrag, waarop de vakonderwijzers volgens de gemeentelijke salarisregeling aanspraak zouden hebben ge- maakt. Het getal wekelijkse lesuren vakonderwijs voor het openbaar onderwijs werd voor 1968 bij uw besluit van 25 januari 1968, no. 18a, vastgesteld op 2,0526 voor het gewoon lager en op 6,09375 voor het uitgebreid lager onderwijs. Bij besluit van gelijke datum, no. 18b, werd aan de besturen der bijzondere scholen een voorschot op de vergoeding toegekend. Onder overlegging van een opgave van het werkelijke aantal gegeven uren vakonderwijs en van de daarvoor uitbetaalde beloningen verzoeken genoemde schoolbesturen thans om vaststelling der vergoeding over het gehele jaar 1968 voor het gewoon lager onderwijs en voor de periode van 1 januari tot 1 augustus 1968 voor het uitgebreid lager onderwijs (thans m.a.V.o.). I.v.m. de inwerkingtreding van de Overgangswet W.V.O. wordt de beloning van vakonderwijzers aan bijzondere scholen met ingang van laatstgenoemde datum rechtstreeks door het rijk vergoed. Onder aanbieding van een ontwerp-besluit stellen wij u voor over te gaan tot vaststelling van de vergoeding voor het vakonderwijs over 1968. Burgemeester en wethouders van Heemstede, A. G. A. van Rappard. De secretaris, J. M. Kruitwagen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1969 | | pagina 7