19 december 1969 318
Het argument met betrekking tot het personeel is door de voorzitter
verkeerd begrepen. Er is een vast personeelsbestand dat în deze tijd van
het jaar een behoorlijke onrendabele tijd heeft. De lonen gaan jolledig
door, terwijl er voor de mensen eigenlijk niet voldoende werk îs Als toe-
vallig de ijsbaan open is wêl, want dan kan er een combmatie worde
eemaakt maar als er geen ijs is en het personeel heeft geen reparaties
te verric'hten, dan zijn er onrendabele uren. Deze uren ™uden re^abel
kunnen worden gemaakt bij exploitatie van de tenmsbanen m de wmt
maanden. Spreker meent dat de voorzitter de zaak anders ziet dan be
doeld wordt.
De heer Scheer is niet voor overdekking van tennisbanen Hij weet uit
informaties dat zo'n overdekking niet elegant staat maar dnt ^3 ™et
aan de verwachtingen beantwoordt. Maar bovendien îs het een uiterma
dure grap want die overkapping moet dag en nacht onder spanmng wo -
den gSden en dat moet worden gecontroleerd. Spreker kan dd werke-
lijk niet aanbevelen. Spreker en zijn fractie zijn voor verlichtmg van
tennisbanen, zij het eventueel in beperkte mate, bij wijze van proef.
De heer Brandsma vindt dat de discussie nu moeilijk wordt. Hij gelooft
dat het college de zaak zö moet zien. Er leven in de raad bepaalde mzich-
ten opvattingen, wensen, die niet staande de vergadering tot een op os-
sing kunnen worden gebracht. Er worden alleen maar suggesties gedaan
waarin mogeüjkheden zitten of niet zitten. Spreker gelooft dat het colle
g-e eigenliik moet zeggen dat het al deze zaken eens rustig zal bekijken,
zoaS de wethouder af heeft toegezegd ten aanzien varde twee gneven
die spreker op tafel heeft gelegd. Hij neemt aan dat het collej^ dnt °°k
gaat doen ten aanzien van de verlichtmg, overkappmg, e.d Het zijn aile
maal mogelijkheden om te bekijken en naar rato van de van het
bekijken, vast te stellen of iets gedaan of met gedaan zai wordem Dat
vindt spreker een praktische werkwijze. Spreker houdt ®r Jan d.e ,ffk®"
concreet en nuchter te stellen. Zoek die zaken uit, maak een notatje en
dan kan de raad beslissingen nemen.
De Voorzitter is met opzet tegen deze wensen ingegaan omdat het hem
voorkwam, dat de zaken eenzijdig werden belicht. Er doen zich hierbij zo
veel problemen voor, dat het niet juist is daar Uchtvaardig overheen te
stappen. Als spreker hier niet tegenin zou zijn gegaan dan loopt men de
kans dat men aanstonds zegt, dat de raad het er mee eens was. Deze za-
ken zullen door het college worden onderzocht waarna de raad een rap
port krijgt van wat mogelijk en niet mogelijk is.
Wethouder mevr. Van der Meulen meent dat zij hetzelfde antwoord
heeft gegeven, n.l. dat deze zaken door het college zullen worden onder-
zocht.
De voorzitter: „Maar zonder mijn opmerkingen zou u in het college
zeggen, dat de gehele raad achter u staat.
Wethouder mevr. Van der Meulen: „Dat moet u afwachten wat ik ga
zeggen."
De voorzitter zegt dat uitbreidingen van de tennisbanen tot nu toemet
geleid hebben tot een sluitende exploitatie, wat steeds als argument daa
voor is aangevoerd.
De heer De Buiter merkt op dat met cijfers is aan te tonen dat de
aanleg van de 13e tennisbaan een verbetering van de exploitatie heeft ge-
geven en daarom vindt spreker de stellingname van de voorzitter op zic.h
niet juist.
Hierna schorst de voorzitter de vergadering tot 14.15 uur.