29 januari 1970
5
sportaccommodaties en van het wandelbos Groenendaal; het nadelig saldo
van deze voorzieningen is voor 1970 geraamd op f 600.000,
Wij menen op grond van bovenstaande overwegingen te mogen con-
cluderen:
De burgemeester van Haarlem heeft geen overtuigende argumenten
aangevoerd voor zijn standpunt, dat samenvoeging van gemeenten de enig
goede oplossing is voor het vraagstuk van de bestuurlijke organisatie
in Zuid-Kennemerland. De vraag welke oplossing het meest aangewezen
is voor deze streek, is derhalve onbeantwoord gebleven en kan eerst wor-
den beantwoord na bestudering van alle bestaande mogelijkheden. Naar
ons oordeel moet pas gekozen worden voor het middel van de samen-
voeging, indien onomstotelijk vaststaat dat door de toepassing van een
der andere mogelijkheden de belangen van de inwoners van Zuid-Kenne-
merland in belangrijk minder goede mate zouden worden behartigd dan
ingeval van samenvoeging.
De heer Willemse gelooft niet veel woorden nodig te hebben om namens
zijn fractie voor 100% adhaesie te betuigen aan de inhoud van de ver-
klaring zoals die zojuist door de voorzitter is voorgelezen. Het zal niet
onbekend zijn, dat, een jaar geleden, enige leden van zijn fractie, naar
aanleiding van de laatste nieuwjaarsrede van de vorige burgemeester van
Haarlem, al gemeend hebben een waarschuwende vinger te moeten op-
steken. In de raad waren er toen nog leden die meenden dat zij spoken
zagen. Spreker gelooft dat men daar nu wel van zal zijn teruggekomen.
Het lijkt wel of de nieuwjaarsrede van de oud-burgemeester een prelude
is geweest op de nieuwjaarsrede van de huidige burgemeester van Haar-
lem. Het is alleen in verschillende opzichten jammer dat de gedachten
van de burgemeester van Haarlem zö naar voren zijn gekomen want er
blijft ons in de huidige omstandigheden niet veel anders over dan te
trachten juist in het I.S.K.-verband, dat blijkt de laatste tijd zo moeilijk
te werken, de ongetwijfeld bestaande problemen in de agglomeratie tot
een goede oplossing te brengen. Deze rede van de voorzitter van de I.S.K.
heeft het echter moeilijk gemaakt om de doeleinden van de I.S.K.-ge-
meenten te verwezenlijken. Spreker neemt aan dat de vertegenwoordiging
van Heemstede in de I.S.K., ondanks het voorgevallene, alle mogelijke
moeite zal doen weer een sfeer van samenwerking, vertrouwen en op-
timisme tot stand te brengen, omdat wij moeten trachten juist in streek-
verband de problemen van deze streek tot een oplossing te brengen. Daann
wenst sprekers fractie het college alle kracht en sterkte toe.
De heer van den Briel zegt dat zijn fractie het geheel eens is met alle
opmerkingen die burgemeester en wethouders naar voren hebben gebracht.
In dit geval dacht spreker dat iemand te gauw gesproken heeft. Aan de
andere kant moeten wij toch ook zien, dat het overleg in de I.S.K., hoe dan
ook, betere resultaten zal moeten geven dan het tegenwoordig geeft en dat
wij hierin de gemeente Haarlem ondanks deze verspreking, zullen we
maar zeggen positief moeten benaderen teneinde door gemeenschap-
pelijk overleg de zaak in Zuid-Kennemerland zo goed mogelijk te regelen.
Spreker stelt de volgende motie voor:
De raad der gemeente Heemstede;
op 29 januari 1970 in vergadering bijeen;
gehoord hebbende de verklaring van de voorzitter namens het college
van burgemeester en wethouders betreffende de uitlatingen van de bur-
gemeester van Haarlem over een eventuele annexatie van randgemeenten
van Haarlem;
stelt zich hierin geheel achter het college en verzoekt het college ter be-
stemder plaatse duidelijk te stellen dat annexatie geen enkele der nijpende