8
29 januari 1970
k. opgave van de Commissie ,,Nationale Feestdagen" dd. 21 november
1969 van de namen van de leden van de commissie.
I. mededeling van de heer J. A. Bomans, lid van de raad, dd. 26 januari
1970, dat hij is toegetreden tot de Christen Democraten Unie en aan
de komende vergaderingen van de raad zal deelnemen als onafhanke-
lijk raadslid.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders worden de
stukken genoemd onder a t/m 1, zonder hoofdelijke stemming, voor kennis-
geving aangenomen.
m. schrijven van de N.Z.H.V.M. dd. 9 januari 1970 inzake bijdragerege-
ling lokaal vervoer.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, wordt,
zonder hoofdelijke stemming, besloten dit schrijven in hun handen te
stellen voor prae-advies.
n. schrijven van burgemeester en wethouders dd. 21 januari 1970 inzake
rangschikking van kapitaalwerken op het prioriteitenschema.
Het prioriteitenschema wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld,
0. vragen van de heren H. J. Verkouw, M. J. M. van der Hulst, J. W.
Beijen en J. de Ruiter, leden van de raad, aan de burgemeester, dd. 27
december 1969, inzake opvoering van een wagenspel door het Actie-
comité Oorlogsweek Kerstmis 1969.
1. Is het juist dat blijkens in de pers verschenen berichten:
a. door u aan het ,,Actiecomité Oorlogsweek Kerstmis 1969" geen toe-
stemming is verleend voor het opvoeren van een wagenspel, na af-
loop van de oecumenische dienst in de Katholieke Kerk Sint Bavo
aan de Herenweg op zondagavond 21 december 1969;
b. de onder a. bedoelde weigering voortvloeiende uit uw bezwaren
tegen vorm, inhoud en wijze van opvoeren van het wagenspel, welke
bezwaren waren gebaseerd op uw persoonlijke levensbeschouwelijke
opvattingen en gevoelens.
2. Indien de onder 1 vermelde feiten in overeenstemming zijn met de
werkelijkheid, wilt u dan mededelen op grond van welke bepaling van
wet of verordening uw beslissing is genomen.
Antwoord van de burgemeester:
Ad la. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord.
Ad lb. Kan in verband met het antwoord op vraag la buiten beschouwing
blijven.
Ad 2. De onder 1 vermelde feiten zijn niet in overeenstemming met de
werkelijkheid. Ik moge verwijzen naar onderstaande toelichting.
Zaterdagmiddag 20 december j.l. las ik in de courant dat een z.g. „Actie-
groep Oorlogsweek" van zins was de volgende dag, zondag 21 december
na afloop van de oecumenische dienst in de Bavokerk aan de Kerklaan/
Herenweg een wagenspel te vertonen. Bij de aanvang van de dienst zou
de wagen, als dodenkar met twee doodkisten, al de aandacht van de kerk-
gangers moeten trekken; na afloop van de dienst zou men het spel willen
opvoeren op het kerkplein.
Volgens artikel 27 van de Algemene Politieverordening is het ver-
boden op de weg o.a. een demonstratie te houden; ingevolge artikel 3 van
die verordening moet ook het onderhavige kerkplein worden aangemerkt
als een weg in de zin van artikel 27. Ontheffing van het verbod kan door
