86 4e afd. 25 juni 1970 VOORBEREIDING HERZIENING BESTEMMINGSPLANNEN De Raad der gemeente Heemstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 17 juni j.l.; gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; BESLUIT: I. te verklaren dat een herziening van het bestemmingsplan wordt voor- bereid voor de navolgende terreinen, welke zijn aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening: 1. de terreinen gelegen ten westen van de spoorlijn en ten nooraen van de Zandvoortselaan; 2. een strook, variërende van 40 tot 80 m breedte, gelegen onmiddel- lijk ten westen van de spoorlijn en ten zuiden van de Zandvoortse- laan, voor zover niet opgenomen in het gebied waarvoor bij zijn besluit dd. 28 mei 1970, nr. 69, de herziening van het bestemmings- plan in voorbereiding werd verklaard; 3. een strook ter breedte van 70 m, gelegen onmiddellijk ten wes- ten van het gedeelte van de Herenweg tussen de Manpadslaan en de Rivierenbuurt, alsmede een strook ter breedte van 65 m, gelegen ten zuiden van de Schielaan; 4. de terreinen tussen de Van Merienvaart en de Dr. Schaepmanlaan (ten oosten van de Glipper Dreef 5. de terreinen ten noorden van de Glipper Zandvaart, welke zich van de Ringvaart af in een strook ter breedte van 110 m uitstrekken in noordwestelijke richting tot aan de noordwestelijke grens van het bestemminsgplan „De Glip I"; 6. de terreinen ter weerszijden van de Prinsenlaan, voor zover ge- legen in de nog van kracht zijnde herziening 54 van het bestem- mingsplan; 7. de terreinen ten noorden van de Kerklaan, ten oosten van de Burgemeester van Lennepweg, ten zuiden van de Koediefslaan en ten westen van de Blekersvaartweg; II. te bepalen dat het verboden is binnen de onder I bedoelde gebieden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burge- meester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, een en ander met uitzondering van normale onder- houdswerkzaamheden a. ontginnen; bodem verlagen of afgraven; ophogen; egaliseren; scheuren van grasland; b. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegen- heden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; c. 1. buiten de erven van bedrijfsgebouwen en woningen: het opslaan, deponeren, lozen of storten van al dan niet afge- dankte of aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwer- pen, stoffen of produkten, alsmede het aanleggen of inrichten van opslag-, stort- of bergplaatsen, behoudens voorzover een en ander noodzakelijk is: in verband met het beheer gericht op de instandhouding van de landschappelijke of natuurwetenschappelijke waarde van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1970 | | pagina 29