88 2e afd. 25 juni 1970 Artikel 5 De concessie wordt verleend tot 1 juli 1971. Zij wordt geacht telkens met één jaar verlengd te zijn, indien zij niet uiterlijk drie maanden voor haar afloop door een der partijen schriftelijk is opgezegd. Gedurende de looptijd dezer overeenkomst draagt de gemeente Benne- broek er zorg voor dat het in Bennebroek benodigde gas uitsluitend door de gemeente Heemstede wordt geleverd. Verlengt de gemeente Bennebroek deze regeling niet, dan is zij verplicht: a. het buizennet, de nevenleidingen, de gasmeters, in één woord alles, wat tot de exploitatie behorende, zich binnen de gemeente Bennebroek be- vindt, tegen de taxatiewaarde over te nemen; b. aan de gemeente Heemstede te vergoeden de ten laste dier gemeente gebleven kosten voortvloeiende uit de overgang van stadsgas- op aard- gasdistributie in de gemeente Bennebroek, voor zover deze kosten nog niet zijn afgeschreven. Voor de berekening dezer kosten worden de gemiddelde kosten per aangeslotene op het gasdistributienet in het verzorgingsgebied van het gasbedrijf der gemeente Heemstede vermenigvuldigd met het aantal aangeslotenen op dit net in de gemeente Bennebroek. In deze kosten worden niet begrepen geacht, die, gemaakt ten behoeve van de objecten genoemd onder a. Artikel 6 De taxatie, bedoeld onder a in het vorige artikel, geschiedt voor rekening van de gemeente Bennebroek door 3 deskundigen, te benoemen als in artikel 7 omschreven. Artikel 7 Alle geschillen, gerezen naar aanleiding van deze regeling, worden, in- dien de gemeenten Heemstede en Bennebroek daaromtrent tot geen over- eenstemming komen, zonder beroep, door 3 seheidslieden beslist. Partijen komen overeen zich aan de uitspraak der scheidslieden te onder- werpen. Ieder der partijen benoemt een scheidsman; de beide scheidslieden benoemen samen de derde. Blijft een der partijen gedurende 8 dagen in gebreke een scheidsman te benoemen, nadat zij door de wederpartij daartoe schriftelijk is aangemaand, dan heeft laatstgenoemde partij het recht ook de tweede scheidsman te be- noemen. Blijft een der benoemde scheidsiieden gedurende 8 dagen in gebreke tot de benoeming van de derde mede te werken, nadat hij door de andere scheidsman daartoe schriftelijk is aangemaand, dan heeft deze het recht zonder medewerking van zijn medescheidsman een derde te benoemen. Kunnen de beide benoemde scheidslieden omtrent de keuze van de derde niet tot overeenstemming komen binnen een maand na de dag van hun benoeming, dan wordt deze op verzoek van de meest gerede partij aan- gewezen door de president van de Arrondissementsrechtbank te Haarlem. Voor zover met inachtneming der bepalingen van het Wetboek van Bur- gerlijke Rechtsvordering een der partijen in het ongelijk wordt gesteld, worden de kosten door haar gedragen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1970 | | pagina 39