ntiiunm
i
24 september 1970 256
bestaat zullen burgemeester en wethouders aannemen dat velen het niet
hebben gelezen en dan is er wel aanleiding er meerdere rudhtbaarheid
aan te geven.
Geluidshinder in Schouwbroekerpolder.
Mevr. Diel zegt dat op het ogenblik de Schouwbroekerpolder bouwrijp
wordt gemaakt. Nu heeft men enkele weken geleden, vlak voor haar
huis, enkele dieselmotoren geplaatst waar spreekster en haar medebe-
woners bijzonder veel last van hebben gehad. Het gebeurde vlak voor het
weekend. Na dat weekend zijn die motoren verplaatst, maar spreekster
vindt dat zij toch nog bijzonder veel geluid geven. Zij vraagt of daar niets
aan gedaan kan worden, want er bestaan ook andere motoren die niet
zoveel geluid produceren.
De uoorzitter antwoordt dat het college gaarne aan de desbetreffende
aannemer wil vragen of de motoren niet wat afgesöhermd kunnen worden
of zo dat niet mogelijk is, andere motoren te gebruiken. Spreker ver-
on'derstelt dat het pompen betreft die de bouwput droog moeten houden.
Het is natuurlijk een voorbijgaand leed, hoewel dat een schrale troost is.
Burgemeester en wethouders zullen trachten het leed wat te verzachten.
Benoeming hurgemeester.
De heer Dörr constateert dat blijkens het antwoord van burgemeester
en wethouders aan zijn fractie, burgemeester en wethouders haar verzoek
om de benoemingsprocedure voor de nieuwe burgemeester op deze raads-
agenda te plaatsen, niet kunnen honoreren. Zelfs werd het verzoek van zijn
fractie en het antwoord van het college daarop, niet op de lijst van inge-
komen stukken vermeld. Inmiddels is besloten, zoals het college wellicht
weet, dat de gezamenlijke fractievoorzitters een verzoek om een onder-
houd' tot de Commissaris der Koningin zullen richten, waarbij sprekers
fractie zich om praktische redenen zal aansluiten. Spreker vraagt of
burgemeester en wethouders niet met sprekers fractie van mening zijn
dat het juister zou zijn geweest als het verzoek voor dit onderhoud was
uitgegaan van de raad, waarbij, gezien het standpunt van de Commissaris
der Koningin in Noord-Holland, de raad uit zijn midden vertegenwoor-
digers voor dit gesprek had kunnen aanwijzen. De burgerij van Heemstede
heeft er reoht op te weten, welke procedure wordt gevolgd en waarom
die wordt gevolgd, zeker waar het hier gaat om de benoeming van haar
eerste burger of burgeres.
De voorzitter antwoordt dat er in dit opzieht een bepeaalde traditie
bestaat. Nu zijn tradities zeker niet heilig, maar wanneer men tactisch te-
werk moet gaan is het in de eerste plaats zaak na te gaan op welke wijze
diegenen die op deze benoeming veel invloed hebben, in het verleden zijn
benaderd en nog benaderd wensen te worden. Het maakt volgens spreker
weinig verschil uit of de fractievoorzitters een onderhoud aanvragen dan
wel de gehele raad. Men kan uit het feit dat fractievoorzitters dit doen
toch wel afleiden dat eigenlijk de gehele raad dit doet. Het leek het
college, en spreker meent oök de raad, het meest juiste om de zaken zö
aan te pakken als van die zijde waar men horen moet, op prijs wordt ge-
steld. Men kan het ook anders doen, maar dan verwacht spreker dat de
Commissaris der Koningin op een gegeven ogenblik zal zeggen: „o, heeft
de raad dat aldus besproken, nou, cia.ar* heb ik dan met belangstelling
kennis van genomen". Het leek burgemeester en wethouders practischer,
tactischer en meer efficient het te doen zoals het in deze veelal gebeurt
en daar heeft de fractie van D'66 zich bij aangesloten. Spreker gelooft
dat daar op dit moment niet verder over gediscussieerd moet worden want
dan zou men juist datgene gaan doen wat men eigenlijk niet heeft willen
doen.
