UM
18 december 1970 448
kinderen te laten bespelen. In overleg met de heer Walet kan bekeken
worden hoe het plantsoen zich daaronder houdt. Misschien is het voor de
buurtbewoners juist een prettig gezicht als kinderen daar spelen.
De voorzitter zegt dat hij ongetwijfeld de gehele plantsoenendienst op
zijn nek krijgt maar dat mag niet doorslaggevend zijn als welk
plantsoen ook wordt vrij gegeven voor het spelen door kinderen. De plant-
soenendienst ziet het zo, dat wat zij opbouwt, het gemeentebestuur weer
laat afbreken. Een tweede argument is dat er altijd balspelen bij te pas
komen. De ballen vliegen dan de weg op en de kinderen hollen de bal ach-
terna. Daardoor ontstaan de meest gevaarlijke situaties. De plastic bal is
dermate goedkoop dat hij veelvuldig bij het spel gebruikt wordt. Van de
plantsoenen waar het spelen is toegelaten is niet veel overgebleven. Het
is een keus tussen een paar aardige plantsoenen en een vertrapt veld met
daaromheen wat doornstruiken die het nog wel even doen, maar dan moe-
ten zij vrij stevig in de grond staan. Plantsoen en spel verdragen elkaar
moeilijk. Spreker gelooft dat een gelegenheid om te spelen in andere rich-
ting moet worden gezocht. Men kan zeggen dat het vrij goedkoop is om
dat te zeggen als men geen andere oplossing weet. Het college blijft er bij
dat de genoemde plantsoeneni en ook andere plantsoenen, zich niet
lenen voor spel, behalve dan dat men daar wat kleine kinderen kan laten
rondlopen. De kleintjes worden al snel verdrongen door de groteren en
die gaan dan enthousiast aan het voetballen met de geschetste gevolgen.
Hoofdstuk IX. Sociale zorg en maatschappelijk werk.
Punt 90 t/m 92.
De heer Nederveen zegt dat gisteren al in de algemene beschouwing van
zijn fractie-voorzitter over sociale zaken in het algemeen is gesproken.
Dat spreker daarop terugkomt vindt zijn oorzaak in het feit dat in het ant-
woord van de wethouder misschien een misverstandje zit. Bovendien inter-
rumpeerde de voorzitter even toen gezegd werd, dat deze zaak om een zo
uitgediept mogelijk beleid vroeg, en toen vroeg de wethouder wat daarmee
bedoeld werd. Sprekers fractie acht haar verantwoordelijkheid zo groot
omdat het hier om overheidsgeld gaat dat bijzonder serieus moet worden
beheerd en uitgegeven, maar op de tweede plaats gaat het om de maxi-
male mogelijkheden door middel van interpretatie en daarbij heeft zijn
fractie in haar gedachtengang de autonomie van de gemeente niet willen
aantasten. Spreker zal nu niet verder op die verschuivingsmoeilijkheden
ingaan maar zijn fractie zou graag zien dat de gemeente alles doet om
nog integraler te werk te gaan. Daar wil spreker een andere keer wel eens
op terugkomen. Spreker heeft nog eens willen zeggen dat hoort ook bij
een verantwoord beleid dat zoveel mogelijk moet worden gestreefd naar
een individuele behandeling, in de mentaliteit van dienstbaarheid. Spreker
heeft in het verslag van de afdelingsvergadering daar niets van terugge-
vonden. Hij had toen een geval gememoreerd, waarbij hij zijn bijzondere
waardering heeft uitgesproken voor de wijze waarop het was behandeld,
maar juist dezer dagen spreker vindt het interessant mee te maken
dat de burgerij de raadsleden voor bepaalde gevallen weet te vinden
heeft spreker meegemaakt dat een aanvrage is afgewezen waar spreker
het niet mee eens was. Spreker vraagt of hij daarover dezer dagen eens
met de wethouder mag komen praten in dezelfde mentaliteit van de indi-
viduele behandeling plus de mogelijkheid van de maximale interpretatie
van de bijstand in serieuze gevallen.
Met betrekking tot vraag 92 vraagt spreker of er ook regelmatig con-
tact tussen de gemeente en de provinciale consulent bestaat, zodat burge-
meester en wethouders volledig op de hoogte zijn van wat er reilt en zeilt
in de particuliere verzorgingshuizen.