a. als staanplaats voor onderkomens; b. voor agrarische doeleinden; c. als sport-, wedstrijd- of speelterreinen, parkeerterreinen, kampeer- of caravanterreinen, dagcampings, lig- of speelweiden of kwekerijen; d. voor het beproeven van voertuigen; voor het beoefenen van de motor- sport en de modelvliegtuigsport; voor het houden van wedstrijden met motorrijtuigen of bromfietsen; voor het racen of crossen met motor- rijtuigen of bromfietsen; e. voor het aanwezig of opgeslagen hebben van een of meer aan hun gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, dan wel onderdelen daarvan, alsmede het opgeslagen hebben van gerede of onklare machines, voer-, vaar- of vliegtuigen; f. als opslag-, stort- of bergplaats van andere al dan niet afgedankte voorwerpen, stoffen of produkten, buiten de erven van bedrijfsgebou- wen of woningen, behoudens voorzover zulks noodzakelijk is in ver- band met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden of in verband met het in Iid b van dit artikel bedoelde gebruik respectieve- lijk uitoefening, alwaar zulk gebruik respectievelijk uitoefening is toe- gestaan en zulks bovendien geen afgedankte voorwerpen, stoffen of produkten betreft. B. Gebruik van grond voor de uitvoering van werken, geen bouwwerken zijnde, en van werkzaamheden. I. Verboden werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden. Het is verboden voor zover zulk een verbod niet reeds voortvloeit uit een provinciale of gemeentelijke verordening, op of in de in artikel 8 bedoelde gronden de volgende werken, voorzover geen bouwwerken zijnde, of werk- zaamheden, geen normale onderhoudswerkzaamheden zijnde, uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren: a. werken of werkzaamheden ten behoeve van doeleinden als omschreven onder A, a tot en met f; b. het lozen of storten van voorwerpen, stoffen of produkten buiten de erven van bedrijfsgebouwen of woningen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden; c. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse constructies, instal- laties of apparatuur, tenzij zulks noodzakelijk is voor of verband houdt met het op de bestemming geriöhte beheer van de gronden; van dit verbod zijn uitgezonderd erfscheidingen met een maximale hoogte van 75 cm; onder constructies, installaties of apparatuur worden mede be- grepen recreatieve voorzieningen met uitzondering van eenvoudige voorzieningen als een bank, afvalbak of wegwijzer; d. het aanbrengen van afbeeldingen of tekens voor commerciële doel- einden; e. het winnen van bosstrooisel of mos. n. Werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden, waarvoor een aanlegvergunning is vereist. 1. Het is onverminderd het onder I bepaalde verboden, voor zover zulk een verbod niet reeds voorvloeit uit een provinciale of gemeentelijke verordening, op of in de in artikel 8 bedoeldet gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wet- houders (aanlegvergunning) de navolgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, geen normale onderhoudswerk- zaamheden zijnde, uit te voeren:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 28