TOELICHTING OP DE VEKOKDENING TOT
WIJZIGING VAN DE BOUWVEROKDENING.
Artikel 19.
In het oorspronkelijke lid 6 van dit artikel wordt beroep opengesteld tegen
een besluit tot aanhouding van de aanvraag om bouwvergunning. In arti-
kel 19, lid 1, zijn twee gronden tot aanhouding van de beslissing genoemd,
waarvan het geval genoemd in lid 1, onder a, steunt op artikel 50, lid 2,
van de Woningwet en het geval genoemd in lid 1, onder b, op artikel 50,
lid 5, van de Woningwet. Dit laatste geval is, dat bouwvergunning wordt
gevraagd met betrekking tot een bouwwerk in een beschermd stads- of
dorpsgezicht, zolang nog geen ter bescherming daarvan strekkend bestem-
mingsplan geldt. Tegen het hier bedoelde besluit tot aanhouding wordt
echter in artikel 51, lid 1, van de Woningwet geen beroep op de gemeente-
raad opengesteld. Dit is logisch omdat ten aanzien van de aanhoudlng
van de aanvraag met betrekking tot een bouwwerk dat ligt in een be-
schermd stads- of dorpsgezicht een speciale procedure ter bescherming
van de betrokken belangen is opgenomen in artikel 50, leden 9 en 10, van
de Woningwet.
Door de voorgestelde tussenvoeging in lld 6 wordt de mogelijkheid van
beroep tegen een aanhouding op grond van het gestelde in lid 1, onder b,
uitgesloten.
Artikel 49.
De wijziging betreft het herstel van een onjuistheid.
Artikel 62.
De wijziging van lid 2, onder d, houdt verband met het opnemen van
artikel 76a. Volgens dit artikel is in iedere woning 6f een bijkeuken dan
wel wasruimte aanwezig, 6f de badkamer is zo groot, dat daarin de ge-
zinswas kan worden gedaan. Het is daarom niet meer nodig een bijkeuken
te eisen bij combinatie van kamer en keuken. Door de wijziging worden
ook plattegronden zoals die van het „multiplanhuis" mogelijk gemaakt.
Artikel 63.
Het woord „rijwielen" is vervangen door de meer gebruikelijke naam
„fietsen".
Artikel 66.
De wijziging van lid 1 beoogt duidelijker tot uitdrukking te brengen, dat
een tot een woning behorend plat slechts dan rechtstreeks vanuit de
woning toegankelijk moet zijn als het bij ontbreken van een erf, balkon,
veranda of loggia, moet dienen als buitenruimte van de woning. De
wijziging van de leden 2 en 3 stelt buiten twijfel, dat de toegankelijkheid
van de in die leden genoemde ruimten vanuit de tuin, hier buiten be-
schouwing moet worden gelaten.
Artikel 72
Het wordt niet langer gewenst geacht, dat bij samenvoeging van een
woonkamer en een keuken de woonkamer met een kleinere oppervlakte
zou moeten worden vergroot dan die welke ten minste voor een keuken is
voorgeschreven.
Artikel 73.
Zie de motivering onder artikel 62.
