240
30 september 1971
enorm veel goed werk doet. Spreker heeft zioh gerealiseerd dat het wei-
geren van financiële medewerkinig het is spreker bekend dat Release
het geld bitter hard nodig heeft de goede dingen die Release doet,
hetgeen vanavond van alle kanten is erkend, onmogelijk zal mEiken. Dit
heeft voor spreker de doorslag gegeven om vöôr het verlenen van subsidie
van Release te zijn.
De voorzitter zal thans het meerderheidsstandpunt van het eollege ver-
tolken. Spreker wil graag onderstrepen, wat de heer Brandsma heeft ge-
zegd, dat de discussie over deze subsidie-aanvrage op stijlvolle wijze
gesdhiedt.
Spreker wil in de eerste plaats stellen, dat er geen meningsverschil
tussen de raad en het college bestaat dat bij Release het verlenen van
hulp in velerlei vorm voorop staat.
Spreker vraagt diegenen die kritisdh hebben gesproken over de beknopt-
heid van het voorstel van het college, dit zorgvuldig te lezen omdat
desertie niet de kern is waarop het meerderheidsstandpunt van het college
is gegrond. Het gaat er om, dat naar het oordeel van de meerderheid van
het college bij deze subsidie-aanvrage niet alleen de hulp die Release
verleent in ogenschouw moet worden genomen, maar dat ook de middelen
die Release bij die hulpverlening toepast daarbij betrokken behoren te
worden.
De heer Nederveen sprak over de fraaie formuleringen van de statuten
en het huishoudelijk reglement. Fraaie formuleringen zeggen echter niet
alles. Het is naar sprekers mening een bijna niet serieus deel in de
formulering van de statuten van de stichting Release als daarin staat dat
officiële subsidies alleen worden aanvaard voor een deel van het (onbezol-
digd) apparaat met alles wat met het werk van Release samenhangt, maar
niet voor de post huipverlening. Dit kan uiteraard niet de werkwijze zijn,
ook al zou het college met Release een gesprek hebben, om voor inwilli-
ging van een aanvraag om subsidie in aanmerking te kunnen komen. Het
heeft bij de meerderheid van het college geen gramschap opgeroepen dat
Release zich niet Wil binden doch vrij wil zijn; dat willen meer instanties
maar naar het oordeel van het college gaat dit juist over de grens van een
zone die de overheid niet buiten besdhouwing kan laten. Ook geen gramschap
als zij schrijft dat zij bureaucratische rompslomp wil doorbreken en daar-
bij ook gevestigde structuren op de korrel wil nemen. Als „gevestigde" zou
worden vervangen door „wettige" structuren, zou het uîteraard anders
liggen. Het standpunt van de meerderheid van het college komt dus hierop
neer, dat een geloofwaardige overheid geen subsidie kan verlenen aan
instellingen die het niet als normaal of per definitie niet als uitgangs-
punt aanvaarden, dat zij de wettelijke (spel)regels moeten eerbiedigen.
Release stelt in haar statuten niet dat zij alle „wettige" middelen zal han-
teren om haar doeleinden te bereiken. Daar heeft zij ongetwijfeld haar
redenen voor,
Het woord desertie is door burgemeester en wethouders symptomatisch
opgevat maar, nogmaals, het vormt niet het kardinale punt van de zaak.
Burgemeester en wethouders zullen zich zeker niet aan het wieden van
onkruid gaan wijden, waarover de heer Kirschbaum sprak. De onkruid-
theorie was uiteraard nog niet in het meerderheidsstandpunt vervat. Het
college is tot de eensgezinde conclusie gekomen dat van een gesprek met
Release niet veel succes kan worden verwacht.
Niet alleen door de heer de Ruiter maar door meerdere leden is gewezen
op de daadkracht van Release die morele en mentale steun zou verdienen.
Degenen die tegen het meerderheidsvoorstel van het college zijn zouden
voor een moeilijke beslissing zijn gesteld. Toen de heer de Ruiter sprak
over het op andere wijze appreciëren van het werk van Release dacht
spreker dat er een duidelijk misverstand is blijven liggen. Spreker wijst er
uitdrukkelijk op dat het co'llege een belangrijk stuk werk van Release