248 30 september 1971 ciëren en waar wij dankbaar voor zijn, maar nu zijn fractie ult het schrij- ven van Release blijkt dat daaruit een stellingname op politiek vlak voort- vloeit, wil spreker wel zeggen dat haar stellingname op politiek vlak een zeer extreem en een zuiver zwart-vvit standpunt is, hetgeen voor zijn fractie, hoezeer het haar ook spijt, een beletsel is om de gevraagde sub- sidie te verlenen. Spreker wil hieraan toevoegen dat de heer Kirschbaum bij het fractie- beraad niet aanwezig was. Spreker weet niet of de heer Kirschbaum het fractiestandpunt deelt maar dat zal hij zelf wel zeggen. Dat is dan de achtergrond waardoor de heer Kirschbaum misschien een afwijkende me- ning van de rest van de fractie zal hebben. Spreker blijft dus, en dat is met het grootste gedeeite van zijn fractie het geval, het standpunt van burgemeester en wethouders steunen. De heer Jager wil zich van harte aansluiten bij het betoog van de heer de Ruiter. Spreker had het beslist niet beter kunnen zeggen. Spreker is het eens met de voorzitter dat een beslissing over dit punt niet moet worden uitgesteld nu van te voren de principes en de uitgangs- punten van beide standpunten vaststaan. Wethouder van Wijk vraagt zich af wat men nu eigenlijk bedoelt met de term „heersende moraal". Spréker meent dat hij dat maar eens bij Release moet informeren en niet zonder meer dit punt moet afwijzen. De heer Van den Briel heeft een lans gebroken voor de bestaande maat- schappelijke organisaties. Spreker vraagt zidh af of er nu werkelijk zo- veel verschil is tussen de wijze van optreden van Release en andere maat- schappelijke organisaties als b.v. Humanitas, waarmee, naar spreker meent, de V.V.D. behoorlijke bindingen heeft. Spre'ker meent dat Release, evenals iedere andere maätschappelijke organisatie, recht heeft op subsidie van de overheid. De heer Brandsma kan zioh aansluiten bij de opvatting van de heer de Ruiter. Ook spreker had genoteerd dat uit het antwoord van de voorzitter eigenlijk biijkt, dat hij op andermans stoel wil gaan zitten. Spreker is niet onder de indruk gekomen van het betoog van de voorzitter over de al of niet wettigheid van de doeleinden van Release en de middelen die zij hanteert. Sprekers fractie blijft dus bij het standpunt dat zij in haar beraad reeds had ingenomen. Als spreker de heer van Wijk goed beluisterd heeft weet hij eigenlijk niet precies wat hij aan Release heeft. Spreker vindt het dan normaal dat de heer van Wijk dan eens met een van de kopstukken van Release gaat praten, zoals wethouder Willemse dat blijkbaar heeft gedaan, teneinde te vememen wat Release beoogt. Dan zal wethouder Van wijk een verant- woorde mening krijgen over het doen en laten van deze instelling. De heer Nederveen hecht er waarde aan te zeggen, dat hij in eerste instantie bewust de kerk buiten zijn betoog heeft gehouden, maar nu deze door de heer Verkouw is genoemd, wil spreker wel zeggen dat het hem be- kend is, dat de kerken Release ook subsidiëren en dus ook het risico van kritiek daarop aanvaarden. Als burger kan men, hetzij als bestuurslid van een kerkelijke of van een maatsdhappelijke organisatie, al een bepaald standpunt met betrekking tot Release hebben, maar hier heeft men ineens het overheidsjasje aan en dan gebruikt men het woord overheidsmensen. Spreker bedoelt hiermee te zeggen dat men met betrekking tot dit punt als gemeentelijke overheid over subsidie heeft te oordelen, hetgeen zou kunnen betekenen dat men in deze zaak, die van betrekkelijk principiële aard is, ineens van zienswijze zou moeten veranderen. Spreker geeft wel toe dat men als lid van de overheid nog zorgvuldiger moet nagaan op grond waarvan het geven van subsidie verantwoord is dan als lid van een charitatieve instelling. Als spreker dan over die zorgvuldigheid spreekt dan blijft hij er bij dat de beknopte afwijzing van de meerderheid van het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 30