30 september 1971
263
ven maar zij zou graag de toezegging van de heer Van Ark hebben dat
Heemstede t.z.t. tot de regionale stiehting zal toetreden.
De heer Jager wii zijn grote twijfels ten aanzien van dit punt naar voren
brengen. Hij gelooft n.l. dat Heemstede waarschijnlijk een grote bijdrage
had kunen leveren aan het snel tot stand doen komen van de Stichting
Regionale Schooladviesdienst als de raad zich van het begin af aan had
bereid verklaard daaraan mee te werken. Dan zou deze stichting sneller
van start zijn gegaan dan de nu op te richten stichting met Bloemendaal
en Zandvoort. Spreker gelooft dat hij tegen ddt voorstel gaat stemmen.
Wethouder Van Ark is blij dat de heer Jager heeft gezegd dat burge-
meester en wethouders hadden moeten meewerken aan het oprichten van
de regionale stichting. Er zijn echt pogingen gedaan om die stichting snel
van de grond te ikrijgen, maar dat is niet gelukt. Spreker begrijpt niet hoe,
als Heemstede had meegedaan, hij en de heer Buiter meer succes zouden
hebben gehad met wat nu zo moeizaam tot stand komt. De heer Buiter is
als waamemer bij de besprekingen over het oprichten van de regionale
stichting tegenwoordig geweest.
De heer Jager gelooft dat het gemakkelijker zou zijn gegaan als de
openbare scholen in Heemstede ook zouden zijn ingeschakeld.
Wethouder Van Ark: „Het ging om een bespreking tussen de besturen
van de psychologische diensten en Heemstede heeft geen psyohologische
dienst".
De voorzitter merkt op dat in Haarlem een heel andere zaak aan de
gang is. Spreker gelooft niet dat welke gemeente buiten Haarlem ook
deze zaak zou hebben kunnen beïnvloeden. Hij is er van overtulgd dat de
gemeente Haarlem zelf alles heeft gedaan om de regionale schooladvies-
dienst snel op poten te zetten.
Wetihouder Van Ark gelooft dat elke gemeente die er méér bij zou
komen, alleen maar vertragend zou w-erken en nooit sneller.
Spreker kan zich voorstellen dat het onelegant tegenover Alkmaar zou
zijn als Heemstede zich bij de regionale schooladviesdienst in Haarlem zou
aansluiten, maar dat het onelegant tegenover Haarlem is om dat niet te
doen, begrijpt spreker niet. Heemstede staat volkomen open en eerlijk
tegenover Haarlem. Haarlem kent de gehele voorgeschiedenis en dit vraag-
stuk wordt gewoon zakelijk behandeld.
Mevr. Diel heeft van het begin af meer wihen weten dan er te weten
was, dat is altijd möeilijk.
Als de heer Van Tongeren zegt dat op zijn bandje meer staat dan bur-
gemeester en wethouders van Haarlem in hun brief schrijven, dan wil
spreker daar tegenover opmerken dat het dan jammer is dat burgemeester
en wethouders van Haarlem menen hun antwoord niet aan spreker maar
telefonisch aan de heer Van Tongeren te moeten geven. Spreker kan niet
afgaan op mededelinigen aan anderen. Hij moet zich 'houden aan de
ontvangen brief van burgemeester en wethouders van Haarlem.
Uiteraard dat heeft spréker al gezegd is spreker volkomen be-
reid om met het bestuur van de regionale stichting te gaan spreken zodra
de stichting in werking is getreden, maar hij kon zich niet voorstellen
dat een gesprek met wethouder Geluk op dit moment enige zin kan
hebben.
Mevr. Diel had graag gezien dat er van Haarlemse zijde over de re-
gionale schooladviesdienst wat meer voorlichting was gegeven en dat even-
tueel hierover in de commissie voor het onderwijs een gesprek met wet-
houder Gelük had kunnen zijn gehouden.