51 24 februari 1972 grepen als middel om de herkenbaarheid te vergroten. Bestaande tegen- stellingen worden verscherpt en uitgediept om zo de kiezer het gevoel te geven een echte keus te kunnen maken. Naar sprekers opvatting is dit een ontwikkeling die in hoge mate moet worden betreurd. Het verscher- pen van tegenstellingen leidt tot een verdeeldheid die de bestuurskracht alleen maar kan benadelen. Merkwaardig is het dan ook dat de burger in- tuïtief naar een ander middel heeft gezocht om aan zijn onlustgevoelens tegemoet te komen: het middel van inspraak, de democratisering en de openheid, om zich hierdoor toch weer betrokken te voelen bij het bestuur, bij de politiek, hoewel hiermede de kloof tussen burger en politieke partij niet is overbrugd. Om deze reden is sprekers fractie dan ook voorstander van democratisering van bestuur, hoeveel ogenschijnlijke tegenstrijdig- heid er ook in dit begrip besloten moge liggen. A1 de ideeën en voorstellen, die mj verder kortheidshalve de democratisering zal noemen, zullen dan ook door zijn fractie worden getoetst aan twee normen: te weten: is de maatregel bevorderlijk voor een betere verstandhouding tussen burgerij en bestuur van de gemeente en: is de maatregel bevorderlijk voor het besturen der gemeente. Spreker acht democratisering geen doel op zich, maar voorzover het be- antwoordt aan voorgenoemde richtlijnen, gewenst en noodzakelijk Uit de mleidende woorden van spreker zal men wel begrijpen dat zijn fractie in het algemeen de voorstellen van de commissie democratisering, meer dan de voorstellen van het college, met blijdschap heeft begroet. Maar het xs gemakkelijk te begrijpen, dat aanvaarding van deze voorstellen niet alleen een grotere verantwoordelijkheid betekent voor het bestuur van de gemeente, maar evenzeer ook voor de burgerij. Van de verkregen rechten zal op democratische wijze gebruik moeten worden gemaakt. Er moet na een zekere inspeelperiode ook sprake zijn van een positieve inbreng van de zrjde van de burgerij. De democratisering mag niet ontaarden in het op- treden van steeds dezelfde pressiegroepen. De inspraak zal een bepaalde mate van representativiteit moeten bezitten wil zij op de langere duur kunnen blijven functioneren. Daarom lijkt spreker tot slot een dubbele oproep op zijn plaats. In de eerste plaats aan het gemeentebestuur, om de maatregelen die de raad straks naar hij hoopt zal aannemen, niet be- nauwd, niet krenterig, maar royaal te hanteren. Laat vooral blijken dat het ernst is met te pogen bestuur en bestuurden dichter tot elkaar te brengen en in de tweede plaats aan de burgerij om van de voortaan ge- boden gelegenheid zijn stem te laten horen bij belangrijke bestuursaan- gelegenheden gebruik te maken. De voorzitter wil naar aanleiding van de algemene beschouwingen van verschillende raadsleden over dit onderwerp uitdrukkelijk stellen, dat het college dit ter geruststelling en ook ter vermijding van misverstand bepaald niet in de beknoptheid van haar reactie een geringschatting van het grote belang van deze zaak tot uitdrukking heeft willen brengen Uiteraard zou, indien de commissie een andere wijze van benadering had gekozen, bijvoorbeeld wêl getreden was in algemene beschouwlngen, het college dan ook waarschijnlijk een andere reactie, vooral op die punten waar het college een andere mening zou huldigen, of behoefte zou hebben aan kanttekemngen bij een dergelijke algemene considerans van een stuk met onder zxch hebben gehouden. Maar spreker hoopt dat hierover geen misverstand bestaat. Door o.a. de heer Van den Briel is gesproken over een nuchtere benadermg van het onderhavige onderwerp, en de behoefte om het met name in de Heemsteedse situatie te zoeken. Men zou kunnen zeggen: uiteraard in de Heemsteedse situatie zal men de levende demo- cratie, de bijdetijdse democratie, gestalte moeten geven. Men zou kunnen zeggen dat men niet terug behoeft te gaan naar 1966 of naar 1915, zoals enkele sprekers hebben gedaan, maar dat men het ook zo zou kunnen ver- talen, dat openheid wel degelijk, al wordt die in de wet niet genoemd, een

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1972 | | pagina 16