147 30 maart 1972 gemeente Heemstede, gehoord de beraadslagingen inzake de aanleg van een voorhaven bij IJmuiden, spreekt als haar oordeel uit: 1. dat zij de aan- leg van een voorhaven uit milieu-hygiënische overwegingen ongewenst acht; 2. dat zij zich in het algemeen kan voegen in de conclusie van het rapport van de Kamer van Koophandel voor Haarlem en omstreken, dat de thans voorhanden zijnde gegevens aanleiding vormen om de aanleg van een voorhaven bij IJmuiden negatief te beoordelen, en verzoekt het college van burgemeester en wethouders deze opvatting ter kennis te brengen van het I.S.K.". iDe voorzitter constateert dat deze motie voldoende wordt ondersteund. Spreker merkt op dat hij een niet onbelangrijk woordje mist, vooral als men de Kamer van Koophandel wenst te volgen. Mogelijk dat de Kamer het zelf op prijs zou stellen goed te worden geciteerd, en dan zou het namelijk moeten luiden om ,,vooralsnog" de aanleg van een voorhaven bij IJmuiden negatief te beoordelen. De heer De Ruiter zegt dat als er staat dat ,,de thans voorhanden zijnde gegevens aanleiding geven" dan impliceert dat, dat er andere gegevens in- gebracht kunnen worden. Dus dat heeft wezenlijk precies dezelfde strek- king als het woord „vooralsnog". Spreker zou er ook geen bezwaar tegen hebben om dat woordje ,,vooralsnog" in te voegen, omdat het wezenlijk precies dezelfde betekenis heeft als „de thans voorhanden stukken". Spre- ker vindt het een doublure en daarom heeft hij het weggelaten. De voorzitter vindt dat als men de Kamer van Koophandel volgt het college heeft juist over deze zaak wat langer bij het rapport stilgestaan het woord ,,vooralsnog" daarbij behoort, evenals het in de commissie- uitspraken behoorde. Ook de commissieleden hebben daar geen bezwaar tegen gemaakt, hetgeen ook moeilijk anders kon, want het is de con- clusie van de Kamer van Koophandel dat men vooralsnog negatief beoor- deelt en dat is dan ook wel degelijk aan de hand van de thans voorhanden zijnde gegevens. Op blz. 5 van het rapport staat de conclusie van de Kamer van Koophandel als volgt: „de tot nu toe beschikbare gegevens vormen voor de Kamer aanleiding om de aanleg van een voorhaven te IJmuiden vooralsnog negatief te beoordelen, waarbij niet uitgesloten is dat verdere gegevens beschikbaar komend uit bedoeld nader onderzoek, deze beoor- deling kunnen beïnvloeden." Spreker neigt er dan toe om te zeggen dat het duidelijk is dat het woord „vooralsnog" er dan bij hoort. De heer De Ruiter heeft er geen bezwaar tegen dat tussen de woorden „IJmuiden" en „negatief" het woord „vooralsnog" wordt ingevoegd. De voorzltter stelt de motie van de heer De Ruiter eveneens ter discussie. De heer Van den Briel' verklaart zich namens zijn fractie geheel akkoord met de door de heer De Ruiter voorgestelde motie. De heer Brandsma wil graag het oordeel van het college weten over het voorstel van de heer De Ruiter. De voorzitter schorst de vergadering te 22.49 uur. De voorzitter heropent de vergadering te 22.53 uur. De voorzitter deelt mede dat het college overwegend bezwaar heeft tegen de eerste zinsnede in de motie van de heer De Ruiter, namelijk, dat de raad als zijn oordeel uitspreekt dat hij de aanleg van een voorhaven uit milieu-hygiënische overwegingen ongewenst acht. Spreker zegt dat punt II voor het college een iets andere formulering inhoudt. Het bezwaar blijft bestaan dat anders dan waar wordt gesproken over grote nadelen die kunnen worden verwacht op milieu-hygiënisch gebied, er dus een uit- spraak komt, dat er geen studies meer nodig zijn op dat stuk, omdat de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1972 | | pagina 28