Artikel 92.
Ad lid 3. Het stellen van nadere eisen met betrekking tot de breedte var
trappen is volgens de huidige inzichten omtrent o.a. de brandveiiigheid vaa
hoge gebouwen niet zozeer nodig voor gewone flats, doch wel voor ge-
bouwen waarin zich minder-valide personen bevinden. De nadere eis koii
echter juist in de laatstgenoemde gevallen krachtens dit artikel met wor-
den gesteld.
Ad lid 4. Nu door de in augustus 1970 aangebrachte wijziging in de
artikelen 88 en 89 duidelijker is bepaald welke eisen aan trappen gestela
moeten worden, blijkt behoefte te bestaan aan een mogelijkheid om voor
hoge flatgebouwen die het hoofdtrappehuis aan een korte zijde hebben,
vrijstelling te kunnen verlenen van de eis dat de (nood)trappen aan de
andere zijde 1 m breed moeten zijn.
Artikelen 131, 132, 133 en 134.
De wijzigingen van deze artikelen zijn voor een groot deel het gevolg
van een aantal verschuivingen in de bestaande artikelen, waardoor het
mogelijk werd om artikei 133 geheel te bestemmen voor de ovenge sam-
taire voorzieningen in bijzondere woongebouwen.
Artikelen 163, 165, 176 en 178.
In artikel 1 is bepaald dat in de tabellen 1 en 6 onder woning mede
wordt verstaan een wooneenheid. De bepalingen van de artikelen 163,
5 onder d, 165, lid 3 onder b, 176, lid 4 onder b en 178, lid 3 onder c wor-
den hiermede overbodig.
Artikel 202.
De voorgestelde wijzigingen van de artikelen 202, 203 en 260 beogen,
in samenhang met de artikelen 77 en 95, een sluitende regeling tot stand
te brengen met betrekking tot de beveiliging van hooggelegen betreedbare
oppervlakken.
Artikel 225.
Bij toepassing van mechanische afzuiging behoeft niet te worden voidaan
aan de eisen die bij natuurlijke ventilatie aan de doorsnede van de ven-
tilatiekanalen moeten worden gesteld. Omdat de mechanische ventiiatie
nog in ontwikkeling is, zijn de daaraan te stellen eisen in een wenk voor
de toepassing opgenomen. Een NEN-norm hieromtrent is in voorbereidmg.
Artikel 243.
Lid 4 bevat de tekst van het oude artikel F 6, lid 2. De oorspronkelijke
tekst van artikel 249 is ondergebraeht in de artikelen 243, lid 5 en 246, M
3 waardoor artikel 249 gebruikt kon worden voor een bepahng omtrent ae
g'eluidisolatie en brandveiligheid van afvoerleidingen, die in de verordenmg
ontbrak.
Artikel 246.
Door de wijziging van lid 1 geldt de niet-van-toepassing verklaring,
overeenkomstig de praktijk, ook voor lozingstoestellen op de verdieping vas
een eengezinshuis.
Artikel 359.
In een woning kunnen in een kamer van 3 x 4 m vier bedden worden
geplaatst omdat thet gezinsleden betreft en omdat aangenomen mag wor-
den dat in de behoefte aan kastruimte elders in de woning kan worden
voorzien In het Veiligheidsbesluit fabrieken en werkplaatsen 1938 wordt
in artikel 53 q, iid 2 als eis gesteld 3,5 m^ vloeroppervlakte per persoon.