124a, b
4e afd.
26 oktober 1872
VOOKLOPIGE VASTSTELLING BEDKAG UITGAVEN OVER 1970 EN
OVER HET AFGELOPEN VIJFJAARLIJKS TIJDVAK VOOR
OPENBAAR KLEUTERONDERWIJS;
VOORSCHOT BIJZONDERE KLEUTERSCHOLEN OVER 1970
OP OVERSCHRIJDING VERGOEDING EXPLOITATIEKOSTEN
Aan de Raad,
Ingevolge artikel 47 der Kleuteronderwijswet dienen voorlopig te wor-
den vastgesteld de bedragen, welke de gemeente in het kalenderjaar 1970
voor de openbare kleuterseholen heeft uitgegeven ter bestrijding van de
kosten, bedoeld in artikel 38 onder h en i van genoemde wet, zijnde de
exploitatiekosten per lokaal, en de onder j tot en met 1 van dit artikel ge-
noemde kosten, zijnde de exploitatiekosten per kleuter. Voorts dient het
bedrag van de daarvoor over 1970 van rijkswege beschikbaar gestelde ver-
goedingen te worden bepaald, alsmede het verschil tussen het totaal der
gemeentelijke uitgaven en het bedrag der rijksvergoedingen, de z.g. over-
schrijdingsbedragen.
Genoemde bedragen dienen ingevolge het tweede lid van artikel 47 te-
vens voorlopig te worden vastgesteld over het vijfjaarlijks tijdvak van
1966 t/m 1970. De vaststelling van de bedragen over dit tijdvak was niet
eerder mogelijk, aangezien de normbedragen 1970 voor de rijksvergoeding
pas bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschap-
pen van 26 juli 1972 zijn vastgesteld.
Aan de bijzondere kleuterscholen ware een tegemoetkoming te verlenen
in de voor hun rekening gebleven meerdere exploitatiekosten over 1970
door toekenning van een voorschot op de overschrijdingsbedragen. Dit
voorschot behoort te worden berekend op basis van het aantal voor rijks-
vergoeding in aanmerking komende lokalen en van het gemiddeld aantal
kleuters van de bijzondere kleuterscholen, alsmede van de door u vast te
stellen overschrijdingsbedragen voor het openbaar kleuteronderwijs. Blij-
kens brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 2 maart 1962
mag dit voorschot niet meer bedragen dan 80% van de overschrijding.
Onder aanbieding van de betreffende ontwerp-besluiten stellen wij u voor
over te gaan tot:
a. voorlopige vaststelling van de bedragen der uitgaven voor het open-
baar kleuteronderwijs, van de daarvoor van rijkswege beschikbaar ge-
stelde vergoedingen, alsmede van het bedrag der overschrijding dezer
vergoeding, een en ander over 1970 en over het tijdvak 1966 t/m 1970;
b. het toekennen van een voorschot aan de bijzondere kleuterscholen op
de overschrijding, als onder a bedoeld.
Heemstede, 4 oktober 1972.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
De secretaris,
J. M. Kruitwagen.
De burgemeester,
W. H. D. Quarles van Ufford.