407
14 december 1972
evenals van hen, die geacht mogen worden beroepsmatig belangstelling te
tonen. Dat is te betreuren, maar geen voldoende reden om van die weg af
te wijken, maar de raad is uiteraard bij die conclusie volledig aanwezig.
De heer Rücker heeft ook gesproken over het meer principieel beschou-
wen en meer achtergrond geven van het woningbeleid. In het algemeen
heeft het coliege het niet moeilijk met dit verzoek, en kan het onder-
schrijven dat het woningbeleid wel verdient uit de doeken te worden ge-
daan, ware het niet dat in het college de afspraak is gemaakt ook in
verband met de publicatie die inmiddels is verschenen dat deze pro-
blemen in een soort voorlichting zouden worden vervat, met een algemeen
deel erin van de Geleerdenwijk, zodat in de memorie van antwoord en in de
aanbiedingsnota er voor is gewaakt om in herhalingen te vervallen. Het
college meent dat wij daarmede op de goede toer zijn; het is een begin
in de begeleiding en de raad weet dat er nog wel het een en ander zal
volgen.
Omtrent de beleidsnota wil spreker duidelijk stellen dat een retrospec-
tieve discussie hierover, die op zich ook door de heer Van Tongeren niet
zinvol zou worden ervaren, namelijk het maken van een strijdpunt van de
vraag hoe Heemstede er zou hebben uitgezien als het college met een
beleidsnota, zoals hij die bedoelt, zou hebben geopereerd, niet zinvol zou
zijn omdat we eenvoudigweg niet meer de kans krijgen om dit te toetsen
aan de verschillende resultaten. Het verschil in resultaten moet spreker
natuurlijk voor rekening laten van degene die het zo stelde. Het college
realiseert zich dat er ongelooflijk veel vlottende zaken zijn waarvan een
deel wordt beheerst of ten dele beheerst door de besluitvorming in college
en raad. De werkelijke autonome eigen planning ziet men een zeer beschei-
den terrein innemen, waarbij men zich ook nog dient te realiseren dat aan
de hand van meerjarenplanschema's en ook aan de hand van de prioritei-
tenlijsten, er de mogelijkheid is voor de raad, om nieuwe prioriteiten steeds
weer te onderkennen en aan te geven. Daamaast ziet het college bij een
bepaalde problematiek, waarbij de centrumproblematiek meteen moet
worden genoemd, aspecten waar het college ook in de memorie van ant-
woord op doelde toen het vermeldde, dat het zich kan voorstellen dat er
onderwerpen zijn die zich zo geïntegreerd voordoen dat is de bebouwing,
bijzondere bebouwing en verkeer in het centrum van onze gemeente dat
het college, om dit voorbeeld nog even uit te werken, nadat de raad de uit-
gangspunten voor de centrumontwikkeling als principeuitgangspunten
heeft aanvaard, aan het coördinatievraagstuk met alle consequenties daar-
van bijvoorbeeld in een nota aandacht wil besteden, ook met de mogelijk-
heid dat het college de raad, zoals ook in de memorie van antwoord is ge-
ste'ld, duidelijke voorstellen zal doen voor een verdere geïntegreerde of
gezamenlijke behandeling. Het is op die grond dat het college dus meent,
anders dan de heer Van Tongeren, dat het de ogen open heeft voor dat-
gene dat uitgaat boven de materie die s'lechts om voortgangscontrole
vraagt. Deze zaak is enigszins gestagneerd hetgeen het college ook zeer be-
treurt, al is het weer zo'n zaak van een heel speciale problematiek en men
zou kunnen stellen dat dit nu echt een voorbeeld is waarbij ook niet een
n°ta, met toch wel heel veel pretenties, Heemstede er anders zou hebben
laten udtzien, waarbij men overigens dient te bedenken dat „anders" nog
niet „beter" betekent, hoewel dat voor sommige mensen bijna hetzelfde
is. Maar het is te gecompliceerd om in die zin van een nota dus een soort
finale-oplossing te kunnen verwachten. Nogmaals zegt spreker dat het
cöllege de ogen open heeft voor datgene, wat gecoördineerd moet worden
aangepakt en het onderhavige punt is er één waarvan het college hoopt dat
het versneld in een verdere fase kan worden gebracht.
Ten aanzien van de verkeersnota heeft spreker al gezegd dat die niet een
geheel eigen leven zal leiden, maar zeker ook als een apart verkeersplan
met algemene beschouwingen, en met algemene uitgangspunten zich zal
