25 -1 FEB. 1973 2e afd. 1 februari 1973 Artikel 5. Indien geldneemster het aan rente of aflossing verschuldigde niet op tijd en overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 zal hebben voldaan, zai zij aan geldgeefster betalen, ais boete, een bedrag gelijk aan negen ten honderd per jaar van het achterstallige bedrag over de tijd der nalatig- heid. Het onafgeloste deel van het bedrag der lening is, met de rente en de kosten, onmiddellijk opeisbaar bij niet-nakoming door geldneemster van één of meer der in deze akte vermelde bepalingen of aangegane ver- bintenissen, tenzij geldneemster, na door geldgeefster aan haar verplich- tingen te zijn herinnerd, alsog binnen veertien dagen na ontvangst dier herinnering het verschuldigde, vermeerderd met de boete, voldoet en/of haar overige verplichtingen alsnog nakomt. Geldneemster zai in gebreke zijn door het enkele feit van het voorvallen van het in het vorige lid bedoelde geval van onmiddellijke opeisbaarheid, alsof zij bij bevel of andere soortgelijke akte ware in gebreke gesteld. De belastingen, welke van de rente der lening geheven mochten worden, komen ten laste van geldneemster. Alle kosten en rechten van deze akte, van de schuidbekentenis en van de maatregelen, welke geldgeefster mocht nemen tot behoud of ter uit- oefening harer uit deze overeenkomst voortVioeiende rechten zijn voor rekening van geldneemster. .n73 Artikel 6. Artikel 7. Artikel 8. Heemstede, 2a-^antrarrrl-973 De Raad voornoemd, De voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1973 | | pagina 61