22 februari 1973
61
De voorzitter wil in aansluiting op datgene wat de heren De Ruiter en
Brandsma hebben gezegd, de opmerking maken dat er geen behoefte aan
zal bestaan en spreker meent ook niet bij de fractie van D'66 dat de
raad zich opnieuw uitspreekt over dabgene wat de heer Van Tongeren op
zijn eigen, ook toen beeldende, wijze naar voren heeft gebracht omtrent
beloidsvoornemens. De raad weet wat het collegestandpunt daaromtrent
was, hetgeen bij de meerderheid van de raad weerklank heeft gevonden,
en dat het college er minder behoefte aan heeft om een dergelijk, het' ge-
meentelijk beleid van Heemstede omvattend kader te formuleren. Van de
zijde van het college en thans ook door de raadsleden is gesteld dat men
met dat soort zaken moet oppassen. Een plan moet flexibel zijn en het is
van belang dat men een summiere financiële iripassing voor ogen ziet, een
inpassing waar eisen aan mogen worden gesteld, zoals de beer De Ruiter
tereoht opmerkte, maar laat men niet een hindemis maken voor het prak-
tisCh beleid, waarbij uiteraard de raad steeds aanwezig is om het college,
op de wijze en met de mfddelen die de raad daartoe bezit, duidelijk te
maken of datgene te amenderen wat het col'lege voorstaat, dat bepaalde
volgordes moeten worden doorbroken.
Wethouder Van Ark wijst er op dat er in de eerste plaats eigenlijk wat
de financiële kant betreft twee aspecten zijn, die om een antwoord vragen.
In de eerste plaats is gesproken over het jaar waarin iets opgenomen is.
Spreker gelooft dat het goed is om vast te stellen dat de zaken in principe
zijn opgenomen in het jaar, waarin het college meent dat het aan de raad
kan worden voorgelegd. Dat wil niet zeggen dat ftet inderdaad in dat jaar
tot uitvoering zal komen, want we hebben nog stee'ds een prioriteiteniijst,
waarop werken staan die in 1972 zijn aangenomen en waarvan we hopen
dat ze nog in 1973 tot uitvoering komen. Er zijn wel jaren geweest dat
een bepaald werk jarenlang op de prioriteitenlijst heeft gestaan, bijVoor-
beeld de Zandvoortselaan. Het tweede punt is dat de heer De Ruiter stelde
dat er op het ogenblik beslag wordt gelegd op 1,7 miljoen, terwijl er enkele
jaren geleden maar een ruimte in de begroting was van 1 miljoen. Dat is
natuurlijk volkomen juist, maar de heer Van Tongeren heeft al een hele
waslijst opgesomd van werken die uitgevoerd moeten worden en die alie-
maal lagen op het gebied van de bedrijven. De kwestie van de bedrijven
is natuurlijk een heel andere zaak, want op het moment dat men uitvoe-
ring geeft aan werken, die voor de bedrijven tot uitvoering moeten komen,
zal dat in de tarieven van de bedrijVen weer terugverdiend moeten worden.
Dat betekent dat de ruimte groter is, dan in 1971 gebleken is in de begro-
ting, want daar wordt alleen gekeken naar het belastingaspect; overigens
zitten daar nog meer aspecten aan vast. OOk het college hoopt dat Ket
het plan voor de bouw van de school in de Geleerdenwijk dit jaar aan de
raad kan voorleggen. Of dit jaar met de bouw kan worden begonnen is
afhankelijk van zoveel factoren, dat spreker daar geen zekerheid over
kan geven.
Volgens wethouder Van Wijk is dit meerjarenplan zonder twijfel een
nuchter stuk, tevens flexibel, en zo heeft het coilege het ook bij de raad
wi'llen brengen. Het wil spreker voorkomen dat de heer Brandsma terecht
opmerkte dat de heer Van Tongeren iets anders bedoelt dan het plan dat
nu ter tafel ligt. Als men vraagt hoe men het jaar 1977 of 1980 ziet, dan
zal er door iedereen een ander antwoord worden gegeven, maar het heeft
zo weinig zin om dat hier te ventileren en zo heeft spreker toch meer
behoefte aan dit nuchtere stuk, dat thans ter tafel ligt.
Spreker heeft niet goed begrepen wat de heer Van der Hulst bedoelt
met wat nog zou moeten gebeuren met betrekking tot Gllp I. Over de
reconstruetie van de wegen ten noorden van de Zandvoortselaan wordt
inderdaad al lang gesproken. Zonder twijfel is hier ook overbelasting en
onderbezetting van openbare werken debet aan, maar wellicht zal ook
