122 24 med 1973
advertenties hebben bereikt via de plaatselijke pers. Deze zaken g-even
U- aan <:ie brief van de heer Teeuwen een bij-aspect, dat duideliik
zichtbaar is g-emaakt door de bezetting van de publieke tribune, waardoor
het, meent spreker, juist is om iets meer woorden aan deze brief te wiiden
wellioht bij ingekomen stukken gebruikelijk is. Zonder hieraan overi-
gens een debat over het volkshuisvestingsbeleid en de gehele woningpro-
blematiek te willen gaan verbinden, is het voor een goed begrip van degene
die deze brief geschreven heeft en voor allen die in deze materie geïnte-
resseerd zijn, noodzakelijk om een aantal zaken duidelijk te stellen. Dat is
m de eerste plaats de wethouder heeft er ook al op gewezendat het
streven naar goedkope woningen op zichzelf goed is, maar dat het niet
beslissend îs. De prijs van de woning is niet beslissend voor de vraag welke
functie die m het geheel van de voikshuisvesting gaat vervullen. Beslissend
is de vraag of de woning zodanig van prijs en omvang is, dat hij ziin rol
gaat spelen m het kader van het totale woningbezit dat reeds in de ge-
meente aanwezig is. De gegevens van de woningtelling 1971 wijzen er al on
- hetgeen trouwens in de raad al meerdere malen is gesteld dat er in
eite een duddelijk overschot is aan goedkope woningen, ware het niet dat
het oversdhot onizichtba.ar wordt gemaakt doordat organisatorisch niet de
juiste mensen in de juiste woningen wonen. Kortom, het gehele woning-
vraagstuk wordt dn een gemeente als de onze beheerst door het verdelings-
beleid en wordt dus beheerst door de vraag: hoe krijgen we de juiste man
op de juiste plaats, het juiste gezin in de juiste woning. Als het gemeente-
bestuur daaryoor geen oog zou hebben en iedere keer uitsluitend zou
reageren op de direct voorhanden zijnde vraag en het is onvermijdeüik
dat die vraag m ons economisch stelsel altijd afkomstig zal zijn van de
jongsten en van degenen met de geringste economische kracht; die groepen
zullen de vraag naar woningen steeds blijven uitmaken, zoals ook duideliik
uit de opsomming blijkt wie op het ogenblik de vragers zijn en waarin men
verschuiving ziet van het gezin met kinderen naar alleenstaanden
naar verloofden en naar pas gehuwden en alleen maar klakkeloos goed-
kope womngen zou bouwen, zou men misschien ogenschijnlijk een sociaal
maar m wezen een volkomen in de toekomst geprojecteerd niet-sociaal wo-
nmgbouwbeleid voeren. De wethouder heeft er al op gewezen dat met de
bouw van 90 met uitzonderlijk goedkope woningen in de Geleerdenwiik
ongeyeer 180 gezinnen geholpen worden. Dit is de score die we rnoeten heb-
ben. Iedere wonmg die men bouwt moet twee gezinnen gelukkig maken
Als men konsekwent op deze wijze te werk gaat dan kan men stellen dat
ais emdresultaat van een dergelijke huisvestingspolitiek, een ibetere oö-
bouw van het woningbezit wordt verkregen en een betere verdeling zodat
mderdaad ledereen een woning kan krijgen die past bij zijn gezinsstructuur
en zijn ihkomen. Dit alles toepassend op de brief van de heer Teeuwen over
de bouw yan goedkope woningen en op zijn advertenties die vandaag in
de plaatselijke pers zijn verschenen, meent spreker dat de bedoeling van
de heer Teeuwen ongetwijfeld goed is, daar heeft spreker geen enkele
wijfel over maar ook dat woningbouw- en huisvestingsbeleid een vak
is waar veel kennis en inzioht voor vereist is om het goed te doen Hoe
sympathiek op zich de uitingen van de heer Teeuwen zijn, hoe bewust hii
daarbij denkt aan een deel van de bevolking dat moeilijk aan huisvesting
®P^er toch zegg-en dat woningbouw niet alleen een
Tf 1 uf 13 oolk een zaak van het verstand en daarom kan
spreker de gedachte, zoals neergelegd door de heer Teeuwen in zijn brief
en m zijn advertentles, niet steunen.
De fractie van de heer Kettenis juicht het particulier initiatief altiid toe.
dan ook het plan van de heer Teeuwen op tafel kwam is dit zeer
nauwgezet bestudeerd. Evenais het college onderschrijft ook spreker de
behoette aan goedkope woningen in onze gemeente. Toch verdient het aan-