29 november 1973 275 VI. Voorlopige vaststelling bedrag uitgaven voor openbaar lager onder- wijs over 1972 en over de jaren 1968 t/m 1972; voorschot 5-jaarlijkse afrekening exploitatievergoedlng bijzondere scholen 1968 t/m 1972 (volg- no. 127). De voorzitter deelt mede dat de commissie voor onderwijs en culturele zaken zic'h met het voorstel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. VII. Kasgeldleningen 1974 (volgno. 116). De voorzitter deelt mede dat de eommissie voor de gemeente-financiën zich met het voorsitel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. Vni. Belegging van kasgelden volgno. 117). De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de gemeente-financiën zich met het voorstel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stem'ming vastgesteld. IX. Rekening-courant Algemene Bank Nederland N.V. (volgno. 118). De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de gemeente-financiën zich met het voorstel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. X. Krediet in rekening-courant N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeen- ten (volgno. 119). De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de gemeente-financiën zich met het voorStel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. XI. Invoering onroerend-goedbelasting (volgno. 121). De voorzitter verzoekt de secretaris het advies van de commissie voor de gemeente-financiën voor te lezen. De secretaris deelt mede dat de commissie voor de gemeente-financiën als volgt heeft geadviseerd: „Onze commissie behandelde in haar vergaderingen van 22 en 25 dezer Uw voorstel tot invoering ener onroerend-goedbelasting. Tussen beide vergaderingen in waren de leden in de gelegenheid hun fractiegenoten te raadplegen. Na ampele bespreking van het voorstel in beide vergaderingen bleek de grootst mogelijke meerderheid van onze commissie zidh daarmede uit- eindelijk te kunnen verenigen. Een der leden kon zich niet verenigen met het voomemen van burge- meester en wethouders om bij de invoering van de belas'ting tot een zö- danige tariefstelling te 'komen, dat de zakelijk gereohtigden 50% meer zullen betalen dan de gebruikers, welk tarief dan, zo schrijven burge- meester en wethouders, in de loop van de tijd geleidelijk wel zal tenderen naar een verhouding van 1 1.25. Dit lid meende, dat de in de afgelopen jaren scheefgegroeide verhouding door het steeds maar verhogen van de straatbelasting en het ongewijzigd laten van het aantal opcenten op de personele belasting, waardoor thans een verhouding in de belastingop- brengst van 1.77 voor de eigenaren en 1.voor de gebruikers is ont- staan, reeds dadelijk bij de invoering der belasting moet worden recht-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1973 | | pagina 17