300 29 november 1973
gedwongen om met kleine ramen te werken en om onze spouwmuren dicht
te spuiten met alle mogelijke isolatiemateriaal. Doch thans is dit punt
van het grootste belang, want de energieprijzen gaan stormenderhand
omhoog, en daarom acht hij het noodzakelijk dat sian dit onderwerp in de
gemeente grote aandacht wordt besteed.
De heer Van den Briel sluit zich namens zijn fractie aan toij de sug-
gestie van de heer Jager, zowel wat betreft de warmte-isolatie, ais de
eventuele campagne van het college om in onze gemeente 'het energie-
vehbruik te beperken.
Wethouder WiUemse constateert bij alle sprekers enige wrevel over het
voorstel dat door het college min of meer gebracht is moeten worden.
De zaak is deze dat in eerste instantie de minister heeft gespeeld met een
heffing, een zogenaamde schaarsteheffing. Daarbij zijn keiharde onder-
handelingen gevoerd door de VEGIN, een instituut dat in de plaats is
gekomen van de S.R.O.G. De VEGIN is nu onderhandelingspartner Als
gevolg van al deze onderhandelingen het VEGIN had grote moeite
met de schaarsteheffing is men uiteindeiijk tot een overeenkomst ge-
komen, waarbij aanvankelijk het gas met 3 cent per m3 zou moeten wor-
den verhoogd. A1 deze onderhandelingen hebfoen uiteindelijk geresulteerd
in esn ta,riefsverhoging, die dan ook uniform zal worden ingevoerd voor
elk gasdistributiebedrijf, zoals men dat in het voorstel heeft gevonden.
Een en ander betekent dat de allerkleinste gebruikers, dat is tot 600 m3,
maar 1 cent per m3 meer gaan betalen, maar dat de categorie tussen
600 en 4200 m3, dat is een verbruik dat nogal vrij veel voorkomt bij
woningen, die met gas worden verwarmd, een verhoging variërend van
1 tot 2 cent zullen moeten betalen. Pas boven 4200 m3 zal de verhoging
meer dan 2 cent per m3 gaan bedragen. In deze tarievenopbouw zit inder-
daad een zekere pro.gressie, hetgeen ook bedoeld is om te proberen de
grotere gebruikers enigszins een gasbeperkende taak op te leggen. Spre-
ker kan de wrevel van de raad wel delen, Hij heeft in de commissie al
eens verteid dat het nog niet zo veel jaren geleden is dat hij op een ver-
gadering was waar de directie van de Gasunie de distributiebedrijven op
alle mogelijke manieren probeerde te brengen tot het stimuleren van een
groter gasverbruik. Er werden allerlei voorbeelden uit Amerika genoemd,
zoals bijvoorbeeld terrasverwarming. Doch in toenemende mate, of de gas-
bel nu zoveel kleiner is dan men aanvankelijk had gedacht, dan wel dat de
kontrakten met het buitenland zoveel groter zijn geworden, door wat voor
omstandigheden dan ook, begint men zich zorgen te maken over de voor-
raad gas, met name over de verhouding vanaf het tijdstip waarop men
gedac'ht had hiervan gebruik te maken tot aan het moment waarop een
eventuele kernenergie dit gasverbruik zou overnemen. Met de verschil-
lende sprekers kan spreker zich indenken dat het dan wel wat vreemd
aandoet als er nu aan alle kanten gesproken wordt over inkrimping van
gasverbruik, voorzichtig zijn met energie, enzovoort. Wat de prijs betreft
zegt spreker dat er van meet af aan een relatie is geweest tussen de
olie- en de gasprijzen. Door deze onderhandelingen, eigenlijk op instigatie
van het ministerie, is men uiteindelijk gekomen tot dit tarief, dat dan
vast zou liggen tot 1 januari 1976, het moment waarop dan weer totaal
nieuwe onderhandelingen met de Gasunie en met het ministerie zouden
plaatsvinden. De vraag of in ide naaste toekomst door de huidige krisis
een verdere verhoging in de lucht hangt, is ook op de laatste vergadering
van de gasdistributiebedrijven aan de orde gekomen. Daar werd gesteld
dat niemand in de toekomst kan kijken, maar dat het VEGIN zich wel met
hand en tand zal verzetten tegen een verdere prijsverhoging vöör 1 ja-
nuari 1976. Spreker wijst er nog op dat de meeropbrengst voor 80% naar
het Rijk en voor 20% naar de Gasunie gaat. Met deze verhoging wordt
dus ook een versterking van de rijksmiddelen beoogd.