4e afd.
27 juni 1974
82
a. op de weg heen en weer te lopen of zich enige tijd achtereen op de-
zelfde plaats op te houden, nadat een ambtenaar van politie die per-
soon heeft bevolen zich te verwijderen;
b. op of aan de weg iemand door woorden, gebaren, geluiden of op enige
andere wijze aan te lokken;
c. zich binnenshuis, daaronder begrepen in de huisdeuropening, bevin-
dende, hetzij door handelingen, hetzij door houding of kleding,
hetzij op enige andere wijze de aandacht te trekken van hen die
zich op de weg bevinden.
2. Het is verboden zich op de weg op te houden op een door houding, kle-
ding of gebaar onvoegzame wijze.
Artikel 105.
Het is verboden zich in de nabijheid van personen, woningen of andere ge- j
bouwen op te houden met de kennelijke bedoeling hen, of - voor zover het
betreft woningen of andere gebouwen-zich daarin bevindende personen hei-
melijk gade te slaan.
Artikel 106.
1. In andere gevallen dan die waarin het bepaalde in artikel 250 bis van
het Wetboek van Strafrecht van toepassing is, is het verboden in of
op enig perceel waarover rnen de beschikking heeft, hetzij bij herha-
ling, hetzij uit winstbejag aan anderen gelegenheid te geven onder-
ling ontuchtige handelingen te plegen.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de sluiting te bevelen van
een perceel als in het vorige lid bedoeld. Deze sluiting wordt in het
openbaar bekendgemaakt door het aanslaan van een afschrift van dat
bevel aan het perceel
3. De eigenaar of gébruiker is verplicht te gedogen, dat net in het vori-
ge 1id bedoelde afschrift aan het perceel wordt aangeslagen en daar
aangeslagen blijft zolang het bevel van burgemeester en wethouders van
kracht is.
4. Het is verboden in of op een perceel als in het eerste lid bedoeld een
andere persoon dan in het zesde lid genoemd, toe te laten nadat de
sluiting daarvan door burgemeester en wethouders is bevolen en in het
openbaar is bekendgemaakt, zolang dit bevel van kracht is.
5. Het is verboden zich in een perceelals in het eerste lid bedoeld,
te bevinden nadat de sluiting daarvan door burgemeester en wethouders
is bevolen en in het openbaar is bekendgemaakt, zolang dit bevel van
kracht is.
6. Het bepaalde in hetvorigelid is niet van toepassing op de bewoners
van het betrokken perceel en op hen wier tegenwoordigheid daarin
noodzakelijk is.
-21-
