4e afd.
20 december 1974
171
burgemeester en wethouders van Haarlem medegedeeld dat zij - behoudens
instemming van de gemeenteraden - in principe niet afwijzend staan
tegenover deeineming in een intergemeentelijke schoolmits de voor
rekening van de buitengemeenten komende lasten binnen de budgettaire
mogeljkheden van die gemeenten blijven en mits voldaan wordt aan de
volgende punten:
1. gedecentraliseerde opbouw van het algemeen vormend muziekonderwijs
in de beginklassen; aangezien dit onderwijs betrekking heeft op
zeer jeugdige kinderen, wordt grote waarde gehecht aan het vestigen
van een voldoend aantal dependances; nader moet worden overwogen in
hoeverre ook het instrumentaal onderwijs aan jonge kinderen gede-
centraliseerd kan worden gegeven;
2. een intergemeentelijke bestuursvorm, waarin de positie van de
buitengemeenten op voldoende wijze zai zijn geregeld;
3. uitvoerige documentatie door het gemeentebestuur van Haarlem over
de voorgestelde opbouw, omvang en decentralisatie van het onder-
wijs, de bestuurssamenstel1ing en de wijze van vertegenwoordiging,
investeringen, salarissen e.d.
Burgemeester en wethouders van Haarlem stelden zich op het standpunt
dat medewerking van de buitengemeenten impliceert een volledige parti-
cipatie per 1 augustus 1974; van die datum af zouden die gemeenten dus
moeten bijdragen naar rato van het aantal leerlingen.
Bij met-participatie zouden met ingang van die datum geen nieuwe leer-
lingen uit de buitengemeenten worden toegelaten dan tegen betaling van
de kostprijs onder aftrek van een gemiddeld gedeelte van het subsidie
dat de betrokken gemeente zou verlenen; hetzelfde zou moeten gelden
voor de leeriingen die van de twee bestaande schoien zouden overgaan
naar de nieuwe school
Met andere woorden: Haarlem is niet langer bereid iets toe te leggen
OP de kosten van het muziekonderwijs aan de leerlingen uit de buiten-
gemeentende ouders zullen eventueel de volle kostprijs moeten beta-
len.
Zou het verdere overleg resulteren in volledige participatiedan be-
stond er naar het oordeel van het gemeentebestuur van Haarlem geen be-
zwaar tegen dat de gezamenlijke buitengemeenten in de beheerscommissie
-2-
