28
AANWIJZING PLAATSVERVANGEND WETHOUDER
Heemstede, 14 januari 1975.
Aan de Raad,
Volgens artikel 98 van de Gemeentewet mag het college van burgemeester
en wethouders niet beraadslagen of besluiten wanneer niet meer dan de
helft van het aantal leden, of, als dit getal oneven is, de grootste
helft daarvan tegenwoordig is.
In ons geval betekent dit dat steeds tenminste drie van de vier leden
ter vergadering aanwezig moeten zijn.
Dit kan met name in de vakantieperioden gemakkelijk tot bezwaren aan-
leiding geven.
Wij gevoelen dan ook de behoefte aan de aanwijzing van een plaatsver-
vangend wethouder.
Op grond van artikel 96 van de Gemeentewet kan uw Raad daartoe een
raadslid aanwijzen; deze treedt slechts op bij ongesteldheid, afwezig-
heid of ontstentenis van een wethouder of indien een wethouder rrtet de
tijdelijke waarneming van het burgemeesterschap is belast.
Wij geven u in overweging de heer H.H. Rücker, nestor van uw Raad,
aan te wijzen als plaatsvervangend wethouder.
Behoort bij de notulen van de raadsvergadering van 30 januari 1975.
Burgemeester en wethouders van HEEMSTEDE,
De secretaris,
J.M. Kruitwagen.
De burgemeester
G.J. Willemse, l.b.
Dé secretaris,
De voorzitter,
4e afd.
30 januari 1975
