38 27 februari 1975 automatisch op dat plekje die bescherming weg is. Dat heeft hij als ontwerper uit deze uitslag meegenomen. Naar zijn mening hoeft daarover dus niet verder gediscussieerd te wor- den. De voorzitter acht het duidelijk dat de ontwerper met die duidelijke keus voor C2 uit de voeten kan. C1 kan dus blijVen rusten. De heer Reeringh vraagt of dat nu te rijmen valt met wat reeds eer- der is gesteld, narnelijk als men C1 met een 2 kwalificeert, dat er dan toch een zekere ruimte blijft bestaan. Spreker proeft daarin een zekere tegenstrijdigheid. De voorzitter zegt dat dat pas blijkt in de tweede ronde, als men bijvoorbeeld bovën bescherming van woonbuurten een parkeeruitspraak doet. Dat zal eenvoudig betekenen dat men in de tweede ronde, in dat geval dus paarsgewijs, tot een afweging komt die inderdaad gebruik maakt van een zekere ruimte die hier taalkundig nauwelijks inzit. De voorzitter konstateert dat de heer Reeringh omtrent punt C1 blijft opteren voor interfractioneel beraad. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten het gestelde onder punt D1 als eerste keuze te aanvaarden. Over de punten D2 en D3 verzoekt de voorzitter het nader oordeel van de fracties. De heer Jager zegt dat zijn fractie, met de achtergrond dat zij van mening is dat weliswaar het centrum bereikbaar moet blijven voor ook het autoverkeer, en dit mede juist ten behoeve van het behoud van de winkelstand, toch van mening is dat een verbetering van de bereikbaar- heid strijdig zou zijn met haar achtergronden met betrekking tot dat verkeersbeleid. Zijn fractie vindt dan ook unaniem D2 onaanvaardbaar Daaruit vloeit automatisch voort dat D3 voor zijn fractie unaniem de tweede keus is. In de fractie van de heer Rlicker is het tot op heden nog niet moge- lijk gebleken om hierover overeenstemming te verkrijgen; de meningen zijn absoluut verdeeld. Drie leden zijn geporteerd voor de tweede keus, dat zijn de heren Willemse, Baar en spreker, en drie leden vin- den de tweede keus absoluut ongewenst, en dat zijn de heren Van Emmerik, De Jong en Van der Hulst. De heer Reeringh acht de bereikbaarheid in elk geval gewenst. De argumenten daarvoor zijn naar zijn mening in de eerste plaats dat het publiek het graag wil, op de tweede plaats dat de winkeliers het graag willen en op de derde plaats, wellicht een afgeleide van twee, dat een veel grotere straal van klanten de winkeliers kan bereiken. Wanneer men er vanuit gaat dat men die bereikbaarheid wil handhaven, dan lijkt het vooralsnog onlogisch om D3 als alternatief aan de ont- werper mee te geven. Voor sprekers fractie betekent dat - dat is het unanieme fractiestandpunt op dit moment - dat D2 als tweede keus moet worden gesteld en dat D3 ongewenst is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1975 | | pagina 20